Seizoen 2007
Inspelen op de omstandigheden.
Gelukkig weer een nieuw seizoen dat aanbreekt. Ik wil dit jaar echt op jacht naar de grote beren onder de karpers in mijn omgeving. Verder wil ik vooral veel genieten aan het water en liefst ook regelmatig in gezelschap van vrienden of zonen een sessie maken. Alleen is maar alleen, nietwaar? Ik heb besloten dit jaar nog een keer écht werk te maken van de Paalse plas. Ik wil in elk geval proberen om mijn twee targetvissen daar te vangen, te weten de dubbele rijen en de bloemspiegel. Verder zijn daar nog genoeg vissen om te vangen die nog niet door mij in mijn camera zijn vastgelegd en toch meer dan de moeite waard zijn. De gesloten tijd zal ik anders moeten indelen. Ik heb dit jaar weer een Nederlandse vergunning voor vier hengels dus mogelijk ga ik daar dan wat mee doen. De Lange Hei schreeuwt eigenlijk om aandacht, maar ook de Noordervaart of Wessem-Nederweert komen in aanmerking. Eens kijken wat de andere vissers uit de omgeving doen en daar mijn strategie op aanpassen. Mijn voerboot gaat in elk geval een belangrijk wapen zijn dit jaar. Verder wil ik met een nieuwe boilie gaan starten in een maat die zoveel mogelijk bijvangsten gaat voorkomen. Verse ingrediënten liggen klaar, de molens zijn onderhouden en voorzien van nieuwe gevlochten lijn, nieuwe voorslagen zijn gemonteerd en de hengels zijn opnieuw in de was gezet. Alle batterijen en accu’s zijn opgeladen. Een nieuwe unster van 50 kg is besteld. De vergunningen zijn eveneens in orde en ik ben dus helemaal klaar om aan een nieuw seizoen te beginnen.
Op nieuwjaarsdag vis ik net als vorig jaar een korte sessie aan de Schoorbrug. Evenals vorig jaar krijg ik ook nu geen vis op de kant. De sessie was behoorlijk nat, want het regende ruim een uur non-stop pijpenstelen. Na drie uur pak ik in en rijd naar huis met het idee dat de eerste vis van dit jaar, wellicht vrijdag van de Paalse plas gaat komen. Het zou mooi zijn om dit jaar eens met een dertiger te beginnen en die kans is op de Paal altijd aanwezig.
Mijn eerste vis van het jaar wordt inderdaad een dertiger. Ik vis de nacht van 5 op 6 januari op de Eddy stek. Mijn voorkeursstekken zijn namelijk beiden bezet en ik besluit zoveel mogelijk uit de drukte te blijven. Dat betekent ofwel de Eddy stek, ofwel in het bos op de stek van Carlo. Ik kies voor de eerste. Om vier uur liggen de hengels in het water en binnen twee uur vang ik op mijn rechter hengel een platte. Om tien voor negen krijg ik een aarzelende beet op mijn linker hengel en dat blijkt karper. Na een vrij rustige dril, de vis komt een heel stuk
gewoon rustig meegezwommen, verzet hij zich nog een beetje voor de kant maar de strijd is snel gestreden. Hij laat zich makkelijk in het net manoeuvreren en ik denk aan een vis van rond de tien kilo. Als ik het net optil voel ik direct dat dit veel zwaarder is. De schub is 92 centimeter en weegt vijftien kilo en vier ons. Ik begin dit jaar dus met een lage dertiger. De rest van de nacht moet ik het doen met nog twee brasems op mijn rechter hengel. Na die laatste brasem besluit ik deze stok verder naar links te verleggen. Met drie brasems op dezelfde hengel verwacht ik nog meer ellende, dus verleggen die hap. Als ik naar huis ga maak ik nog even een praatje bij Tom. Mark Pansar staat daar ook en toont me foto’s van mijn recordvis. Hij ving hem vorige week na de sessie van mij en Brian op mijn stek op een absoluut topgewicht van 28,6 kilo. Dat ik niet echt enthousiast ben ligt meer aan het feit dat hij hem gevangen heeft, hij is nogal loslippig en maakt deel uit van het ProLine team, dan dat ik hem de vis niet gun. Het zal druk worden dit jaar daarvan ben ik overtuigd. Toch is de vangst van mijn eerste vis zoet van smaak. Het smaakt naar meer, dat staat als een paal boven water.
Op vrijdag de 12e ga ik weer. Het is de hele week schitterend weer geweest. Westerstorm op donderdag en temperaturen van 10-12 graden. De watertemperatuur is dan ook naar zeven graden opgelopen en ik verwacht er super veel van. Marian vindt het goed dat ik al vroeg ga, dus ik heb om kwart over elf mijn hengels er al in liggen. De hele dag gebeurt er niets en ook de nacht gaat zonder actie voorbij. Om vier uur ’s ochtends word ik wakker en baal dat ik nog niets heb. Ik besluit om mijn rechter hengel binnen te draaien en aan eigen zijde te vissen. Half vijf ligt alles erin en drie uur later is het inderdaad deze hengel die een aanbeet oplevert. Na een minuut of vijf ligt er een schubje van gemiddeld formaat, 10,4 kg, in mijn net. In elk geval ben ik niet voor niets geweest, hoewel ik er veel meer van verwacht had.
Vrijdag de 19e is een herhaling van de week ervoor. De watertemperatuur is nog een halve graad gestegen en ik vis een nacht na de grote storm van donderdag. Die donderdag heb ik de hele dag en nacht gewerkt in Utrecht. Slapen komt vannacht wel. Op de parking bespreek ik met Brian welke stek we gaan bevissen. Ik heb mijn zinnen gezet op de bocht omdat daar nu al twee weken de wind vol op staat. Ik zit links en Brian rechts van mij. Opzetten en uitvaren gaat nog net, maar de wind begint weer aan te trekken. Brian heeft Ingrid beroofd van haar zelfgemaakte bami en dat zal ons diner zijn van vanavond. Biertje erbij en over het water staren. Om een uur of acht komt Bart langs voor een praatje. Op de een of andere manier komt het gesprek op “kebab” terecht en even later zit Bart op zijn fiets om drie broodjes te gaan halen. Hoewel de omstandigheden wederom geweldig lijken, hebben we nog geen piep gehad. Om tien uur, ik ben dan inmiddels 40 uur wakker, houd ik het niet langer vol en duik de slaapzak in. Pas om 8 uur word ik wakker en loop naar Brian. Ik zie dat zijn onthaakmat nat is, er ligt een gehalveerde boilie op en ook zijn net ligt anders. Hij heeft dus iets gevangen en ik heb er geen zak van gemerkt. Als ik hem er naar vraag zegt hij inderdaad om half vijf een graskarper gevangen te hebben. Toen hij zijn hengel opnieuw wilde gaan uitgooien, door de aangewakkerde wind was varen onmogelijk geworden, kreeg hij ook nog een run op zijn andere hengel die hij verspeelde door een tak in het water. Ik ga koffie zetten en krijg om vijf voor half negen een aanbeet op mijn linker hengel die in de bocht ligt. Ook de schub die ik deze week vang heeft een gewicht van 10,4 kilo. In elk geval weer vis op de kant. Langs de snelweg blijken nog vissen gevangen van 13 en 15 kilo, maar voor de rest is er voornamelijk geblankt. In elk geval niet door mij en elke sessie op de Paal heeft voor mij dit jaar nog vis op de kant gebracht. Ik hoop dat ik deze trend nog een poos kan doorzetten.
Donderdag de 25e ben ik pas laat aan het water. Marian heeft haar laatste tentamen gehad en daarna kan ik pas weg. Ik heb dus pas om 23.00 uur mijn hengels in het water liggen. Ondanks de vijf graden vorst slaap ik ’s nachts goed in mijn auto. Als ik ’s ochtends om half negen met mijn tweede bak koffie zit, krijg ik enkele piepen op mijn rechter hengel gevolgd door een zakker. Bij aanslag voel ik helemaal niets. Op de kant zie ik dat mijn hair in de onderlijn zit en de haak op zijn kop hangt. Verder gebeurt er niets. Over drie weken kan ik pas weer gaan vissen of het moet zijn dat ik vrijdag 2 februari een dagsessie vis op het kanaal. Zaterdag erna is de beurs en de week erna zit ik in Japan. Ik moet tot 16 of 17 februari geduld hebben voordat ik weer naar de Paal kan. In elk geval heb ik in januari drie vissen op de kant waaronder mijn eerste dertiger van dit seizoen. Hopelijk kan ik februari de successen uit mijn januarisessies voortzetten.
De eerste sessie in februari loopt uit op een blank. Ik vis op 2 februari op drie verschillende stekken, maar geen enkele levert vis op. De eerste anderhalf uur vis ik bij de spoorbrug. Ik vis vanaf de andere kant van de brug en zit tussen vangrail en kanaal. Helaas komt er geen enkele boot langs en dat betekent ook meestal weinig actie. Daarna rijd ik naar de sluis bij Panheel. Daar heeft Ruud afgelopen jaar veel vis gevangen vertelde hij. Nu is het een continu gaan en komen van boten, dus moet ik mijn hengel aan de overzijde vaak inhalen. Ten slotte verkas ik nog een keer naar de Schoorbrug waar ik aan de basaltkant ga zitten. Ook daar kan ik met mijn laatste boilies geen vis verleiden dus zal het later deze maand moeten gebeuren. Morgen naar Zwolle met Mathijs om nieuwe Delkims te halen en nog wat klein materiaal.
Ik kom zaterdagmiddag terug uit Zwolle met veel “bits and pieces” zoals ze in Engeland zeggen. Ik heb allereerst mijn 3 nieuwe Delkims met draadloze receiver. Verder nog 2 nieuwe MK2 swingers, lead core voorslagen, een boek van Tim Paisley, 4 RVS steunen en 2 RVS buzzerbars, PVA tape en een nieuwe schroef voor mijn voerboot. Ik heb € 700,- uitgegeven, maar heb tóch een goede deal gesloten. Als ik kijk wat een ‘normale’ consument zou moeten betalen zou ik nog driehonderd Euro meer kwijt zijn geweest. Al met al een leuke dag. Het is mooi om veel kennissen te hebben in de hengelsport. Ik kan niet wachten om mijn nieuwe Delkims uit te proberen, maar ik zal nog twee weken geduld moeten hebben.
Vrijdag 16 februari vis ik mijn tweede sessie deze maand. De nieuwe Delkims, buzzerbar en MK2 swingers worden uitgeprobeerd en hopelijk kan ik ook mijn nieuwe weegklok testen die ik sinds afgelopen woensdag binnen heb. Ik zit om tien voor acht geheel geïnstalleerd aan het water. Alleen de bivvy hoeft nog maar overeind maar de hengels liggen op hun plek. Half negen ben helemaal klaar. Ik lees wat in mijn boek en ga rond tien uur slapen. Verder zijn alleen Michel, Wim en nog een onbekende visser aan het water. De volgende ochtend zijn er nog twee bijgekomen op de brugstek. Ik vang rond half negen twee brasems maar voor de rest is er geen actie. Van de andere vissers heeft alleen de onbekende een schub van 11,7 kg weten te vangen. Het is niet wild en ik probeer komende donderdag nog een sessie te vissen en gok op de snelwegkant. Februari is altijd lastig en het lijkt erop dat dit jaar geen uitzondering is.
Omdat aan de snelwegkant gewerkt word, kom ik uiteindelijk toch weer terecht in de bocht. Vanwege de steigers en betonnen palen durf ik ook eigenlijk niet goed aan de snelwegkant te gaan zitten. Ik vis gedurende 16 uur en vang in eerste instantie ’s avonds om half negen een brasem. Daarna gebeurt er helemaal niets meer. Ook Tom Langens blankt net als de overige vissers. Het is momenteel erg slap. Misschien zondagochtend nog een paar uur naar het kanaal, anders blijf ik in februari visloos.
Zondag 25 februari doe ik een laatste wanhoopspoging voor een vis in februari bij de Schoorbrug. Om kwart voor acht liggen mijn 3 hengels erin. Eerst de middelste, daarna de rechter en ten slotte de linker. Tóch is het die laatste, die binnen vijf minuten krom trekt en de aanbeet van een vis verraad. Binnen enkele minuten kan ik een kleine schub van zo’n 15 pond boven het net trekken. Vis in februari is geen sinecure en ik ben blij dat het me gelukt is. Nu kan ik met een gerust hart naar maart. Nu al vier vissen op de kant, dat lukte me vorig jaar pas in juni! Het kan een goed jaar worden als het zo doorloopt. Nu nog wat biggetjes erbij.
Op zaterdag 3 maart ga ik samen met Brian een nacht doen op de Paal. Sinds afgelopen donderdag doe ik weer eens een poging om te stoppen met roken (volgens mij de derde keer in de afgelopen vijf jaar) en ik hoop echt dat ik het deze keer kan volhouden. Ik merk in elk geval wél dat ik er nog veel mee bezig ben in mijn hoofd. Gelukkig weet ik ook uit ervaring dat de eerste week vaak het moeilijkst is en dat het daarna een kwestie is van volhouden. Tja, dat laatste, volhouden dus, kost me (gezien het aantal pogingen) het meeste moeite. Een half jaar tot een jaar en dan is de motivatie om gestopt te blijven meestal verdwenen. Volgens Brian vang je meer vis als je niet rookt omdat rokers altijd de geur van nicotine bij zich dragen, dus ik ben benieuwd of hij gelijk krijgt. Dat kan mijn motivatie in elk geval positief beïnvloeden en dat heb ik momenteel hard nodig. We zitten tussen de Eddy stek en het bankje in. Brian rechts en ik links. Beiden blanken we, tenminste, we vangen geen van beiden karper. Ik heb aan mijn nieuwe Sushi boilies (26 mm boilies met verse vis ingrediënten erin), twee brasems gevangen op mijn rechter hengel. In elk geval leveren ze vis op en die karper komt dan ook wel op de kant. Volgende moet ik eens goed nadenken wat ik ga doen. Ik wil met Mathijs naar de beurs van de Zutter en ik wil ook een nacht vissen. Dat zal dan waarschijnlijk wel weer de nacht van vrijdag op zaterdag worden. Of ik ga aan de snelweg zitten en vis vanaf een steiger, of ik ga een keer naar een totaal ander water. Het Kempisch kanaal 2-3 trekt me ook wel voor een nachtje. Ik heb nog een week om erover te denken wat ik ga doen.
Ik vis van vrijdag op zaterdag een nacht tussen de eerste twee steigers in. Hoewel ik zelfs drie stokken gebruik, allen op werpafstand, weet ik geen enkele aanbeet te krijgen. Het is me nog steeds gelukt om niet te roken, maar het scheelt niet veel of ik geef er deze nacht haast aan toe. De volgende ochtend inpakken en visloos naar huis dus. Ook de beurs van de Zutter is niks. Het enige positieve is de aankoop van een JRC slaapzak en een goede schaar. Verder levert dit weekend me weinig visvreugde op. Volgende week ga ik denk ik van zaterdag op zondag.
Inmiddels lijkt het erop dat ik nóg eerder dan vorig jaar mijn voorjaarssessie ga draaien. De strijd zal nu waarschijnlijk plaatsvinden in de eerste week van april. Meer specifiek van maandagochtend tot vrijdagochtend. Rolf heeft gebruik gemaakt van mijn uitnodiging om weer eens samen te vissen en hij barst van de motivatie. Ik ook, dus we moeten er voor waken dat de sessie niet gaat tegenvallen. Wellicht vis ik de laatste 2 nachten op het kanaal als de Paalse plas tegenvalt. Eerst nog 2 sessies in de weekenden op de Paalse plas en mogelijk nog enkele dagsessies op het kanaal als Marian eind maart voor enkele dagen weg is.
Ik vis samen met Brian de nacht van 17 op 18 maart op het Puntje van de Paalse plas. We noemen deze stek ook wel de kopstek en we zijn superverbaasd dat hij vrij is. Het blijkt dat een kraan de zaak opnieuw heeft vlakgemaakt en dat het een grote bouwput is. Voor mijn vierdaagse sessie met Rolf hoop ik ook óf deze óf de brugstek te kunnen bezetten. Daar liggen de meeste kansen op vis. De avond verloopt relatief rustig. Er staat een redelijke WZW wind maar die is goed te hebben. De watertemperatuur is inmiddels 8 graden. Rond tien uur gaan we slapen. Midden in de nacht houdt het op met zachtjes waaien en tegen de ochtend komt er ook nog regen bij. We besluiten om negen uur in te pakken. Als we langs Achiel komen die op de brugstek heeft gezeten blijkt dat deze wel weer succes heeft gehad. Brian maakt foto’s van een spiegel van 21 kilo terwijl ik een vijftiental boilies weghaal uit de zak van Achiel. Eens kijken waar hij mee vist want dit is al de tweede veertiger die hij er in twee weken uithaalt. Steeds voert hij 15 kilo bij aanvang van een sessie van 3 nachten om dan in de laatste nacht een vis van 40+ te vangen. Misschien voert hij teveel en komen ze daarom pas in de laatste nacht, maar hij vangt ze wel. Eens uitzoeken welke bol het is. Ik denk Big Activator of Red Devil maar daar komen we wel achter.
Ik vis de 22e een nacht met Brian. We zitten op de lange kant en blanken. Achiel heeft vannacht weer actie gehad op zijn rechter hengel maar verspeelde de vis. Er begint toch steeds weer wat meer actie te komen en daar zit een bepaalde lijn in. Steeds meer puzzelstukken beginnen op hun plek te vallen. Wat me opvalt is dat in de laatste weken van maart vooral de grotere vissen gevangen worden. Drie vissen boven de 20 kilo, een aantal vissen tussen de 17 en 19 kilo, wat lage dertigers en nog wat vissen tussen de 10 en 15 kilo. Bijna alle vissen komen van vlak onder de (over)kant of van de onderkant van het talud aan de eigen zijde. Dat betekent dat ik voor mijn meerdaagse sessie met Rolf moet gaan beginnen met de volgende strategie. Een hengel aan de overzijde op een meter water. Een hengel aan de eigen zijde net achter het talud op een diepte van ‘n meter of vier. Ik ben heel benieuwd wat die sessie gaat opleveren want tot nog toe ben ik visloos in maart.
Op 25 maart vis ik een korte ochtendsessie aan de Schoorbrug. Ik krijg om kwart over negen, na een uur en een kwartier vissen, twee harde rukken op mijn linkerhengel. Als ik aansla gebeurt er helemaal niets. Na het binnendraaien zie ik dat mijn haakpunt verbogen is en ik denk dat de basaltkeien daar debet aan zijn. Een gemiste kans, maar we hebben nog een of twee kansen voordat het april is en mijn vierdaagse sessie van start gaat.
Op woensdag 28 maart vis ik wederom een korte ochtendsessie aan het kanaal. Ik heb een dag eerder ruim een pond boilies gevoerd op deze stek aan de Schoorbrug en mijn verwachtingen zijn hoog gespannen. Gaan er veel boten langskomen die mijn visserij verstoren? Ga ik na de korte voorbereiding überhaupt enkele aanbeten krijgen? Iets waar ik eigenlijk wél op reken! Om half negen liggen de hengels te water en zit ik op mijn visstoel klaar voor elke vorm van actie. Boten of vis, ik ben er klaar voor. Het eerste uur zijn het eigenlijk alleen maar boten. Dat betekent enkele malen binnen draaien en weer opnieuw ingooien wat altijd met het nodige lawaai gepaard gaat. De vis laat zich vandaag niet zien, dus dat betekent morgen een herkansing. Mijn laatste boilies gaan opnieuw te water zodat er ook vandaag ruim een pond in is gegaan. ’s Middags haal ik mijn boilies op bij het dierenwarenhuis in Someren. Bart van den Hurk heeft er voor gezorgd dat er ruim 4 kilo Big Activator boilies klaar liggen. Voor minder dan € 5,00 per kilo mag ik ze meenemen. Die zijn voor de Paalse plas volgende week.
Donderdag de 29e is een wat hectische dag. Kinderen naar school, naar de markt, wachten op Aart Lokhorst die beloofd heeft een Delkim op te komen halen, het ziekenhuis bellen voor de operatie van Chiel, vissen en ook nog naar Maastricht om bij Korda mijn 4e Delkim op te halen. Ik vis dus alles bij elkaar maar twee uurtjes (tussen 11.00 en 13.00) op dezelfde stek als gisteren, maar met beduidend meer actie. Omdat er bij aanvang van mijn sessie een boot aankomt, liggen beide hengels klaar om ingeworpen te worden. Mijn eerste hengel gaat er om elf uur in en voordat ik mijn tweede hengel op de rodpod kan leggen is de eerste al vertrokken. Binnen 30 seconden een aanbeet, ik zweer het je! Na een korte, maar felle, strijd ligt er een middelmatige schub in mijn landingsnet. Een vis van 73 cm die ik tussen de 12 en 13 pond schat. Als ik even later de hengel weer heb teruggegooid op dezelfde plek, fluit hij om 11.20 uur weer aan. Het schubje dat ditmaal in mijn landingsnet verzeild raakt is van een zelfde lengte en formaat als de eerste. Tegen kwart voor twaalf krijg ik controle van twee agenten en Dorus, de boswachter van de Lange hei. Hij herkent me direct en stelt me gerust voor mijn komende sessies op het kanaaldeel in zijn controle gebied. Ik kan nu rustig met een overwrap vissen, zonder bang te zijn voor een bekeuring. Verder gebeurt er niets meer dus rijd ik na twee uur richting Maastricht. Ik ben in elk geval mét mijn 4e Delkim plus txi weer op tijd thuis voordat de kinderen er zijn. Nu heb ik genoeg Delkims en voor een prima prijs. Misschien morgen nog een korte sessie op dezelfde plek terwijl Chiel voor een circumcisie op de operatietafel ligt. Ieder zijn meug.
Nadat ik Chiel heb achtergelaten in het ziekenhuis, rijd ik weer naar de Schoorbrug. Het is vijf voor half elf als mijn hengels het water in gaan. Vandaag is er geen snel succes en als de vierde boot me eveneens voor de vierde keer dwingt om binnen te draaien, houd ik het op deze stek voor gezien. Ik besluit op de bonnefooi naar de Noordervaart te rijden en daar nog even mijn geluk te beproeven. Een kwartier later positioneer ik me 50 meter rechts van de Niesakkerbrug. Drie stokken gaan erin. De linker stok gooi ik met de eerste worp exact onder de brug tegen de pijler aan. Een kunststukje al zeg ik het zelf, en een worp die je niet zo snel herhaalt. De andere twee liggen meer op open water ook beiden aan de rand van de vaargeul. Nadat ik mijn hengels erin heb gegooid loop ik met mijn boilies langs de stekken om overal wat gebroken kruim en enkele hele en halve boilies bij te voeren. Ook de hengel onder de brug krijgt een hoeveelheid aas bovenop de rig. Het is dan ook de laatstgenoemde stok die zich na een uur kromt en voordat de vis in de gaten heeft dat hij gehaakt is hang ik al vol in de hengel. Ik weet de vis ternauwernood uit de palen te houden en kan vijf minuten later mijn net onder een mooie twintiger schuiven. Een schub van 83 cm en 11,7 kilo. Ik schiet snel enkele foto’s van de vis die op mijn net in het gras ligt (mijn onthaakmatten lagen nog in de auto). Zo is ook maart op een fatsoenlijke manier beëindigd en kan ik me gaan opmaken voor mijn vierdaagse sessie met Rolf op de Paalse plas. Als het daar niet loopt kan ik altijd nog verkassen naar een stek aan het Kempisch kanaal (bij de loswal van Sibelco of tussen 2 en 3). We zien wel. Ik heb er zin in.
Maandag 2 april komt Rolf al om 10 voor zeven de inrit oprijden. Ik kus Marian goedendag en vertrek naar betere oorden, de Paalse plas. Er zijn niet veel vissers maar de brugstek en de kop zijn bezet. Uitwijken naar de kom kan ook niet omdat één visser er midden voor zit en dat laat aan beide zijden te weinig ruimte. We gaan dus maar op de twee stekken in het bos, tussen de brugstek en de kop, zitten. Als een van beide stekken de komende dagen vrijkomt gaan we wel verkassen. Tegen half tien, ik heb juist mijn eerste hengel uitgevaren, komt een van de jongens van de brugstek vragen of we hun stek willen overnemen. Zéker wel! Er wordt snel verkast en tegen half elf zitten we op mijn favoriete stek. Ik loop snel nog een keer naar de auto en rijd even om. Via het golfterrein verplaats ik me naar het bruggetje en strooi voor Rolf en voor mij een kilo voer verspreid op de stek. Daarna ga ik weer terug en voeg me bij Rolf die inmiddels zijn tent al heeft staan en klaar is voor elke vorm van actie. We eten een hapje en nemen een biertje op onze gezamenlijke sessie van de komende dagen. Het loopt nog niet hard maar de vis kan naar ons gevoel elk moment loskomen. Die avond eten we noedels met een spaghettisaus die ik van huis heb meegenomen. Omdat we beiden om vijf uur al wakker waren, maken we het na het eten niet laat en gaan we even plat. Enige tijd later wordt er met een zaklamp mijn tent in geschenen en een stem vraagt: ”Hallo, wilt u eens even naar buiten komen alstublieft?” Ik besef dat ik in slaap ben gevallen en dat we controle hebben. Ik vraag direct: ”Hoe laat is het?” Het antwoord luidt: ”Te laat om nog te mogen vissen.” Ik probeer nog weg te komen met een waarschuwing en vertel dat ik na het eten in slaap ben gevallen maar dat ik geenszins de bedoeling had om ’s nachts door te vissen. Het is tegen dovemans oren gezegd en alle zeven vissers op de Paalse plas mogen een verklaring afleggen. De actie was door “Bos en Groen” goed gecoördineerd. Ze waren van twee zijden gekomen. Met nachtkijkers hadden ze onze locaties opgespoord en, via een teken over de telefoon, overal tegelijk de controle uitgevoerd. Ontsnappen was onmogelijk. Met een zware kater vissen we eigenlijk de rest van de sessie door. Rolf vangt dinsdagochtend een schubje van ruim tien kilo en ik vang de dag erna een mooie spiegel van 83 centimeter en 14,5 kilo. Een plaatje van een vis maar het rotgevoel blijft op de achtergrond knagen. Ook Rolf heeft er de balen van. Niet alleen door de bekeuring, maar ook omdat de dieptemeter op zijn boot het niet doet. Op donderdagochtend kan hij terecht bij Ivo om hem te laten repareren. We hebben beiden een goed gevoel aan deze gezamenlijke sessie overgehouden, hoewel er op de achtergrond een klein kwelduiveltje blijft knagen aan ons plezier. Ik besluit tegelijk met Rolf de plas te verlaten. Het loopt toch niet echt goed en misschien is het slimmer om er nog een nacht op het kanaal aan vast te plakken. Via achtereenvolgens Olmen, Hoolst, Balen, de Blauwe Kei en de Bak, rijd ik naar huis. Ik kan het nu niet opbrengen om ergens anders weer uit te pakken en nog een nacht te investeren. De zin is over, goed over! Dat ik van Rolf (als hij bij Ivo is) hoor dat er op de paaigronden van het verbindingskanaal al 5 dikke vissen zijn gevangen, doet me weinig. Mijn voorjaarssessie zit erop. Het is nu afwachten hoe hoog de bekeuring gaat worden. De meningen hierover lopen uiteen van € 250,00 tot € 1.000,00. Geen fraai vooruitzicht en ik baal meer dan ooit. Ik heb het idee dat ik als een crimineel behandeld ben tijdens het uitvoeren van mijn hobby en ik voel me aangetast in het beleven van mijn vrijheid daarin. Dat hebben ze me op dit moment afgenomen en ik ben geknakt. Niks meer en niks minder. Betaalwater heeft zo toch ineens een héél andere betekenis gekregen. Hopelijk verdwijnt dit gevoel snel want dit is zwaar klote.
De hele Paasdagen door blijf ik wat kniezen en tobben. Ik vis 2e Paasdag een korte sessie aan de Schoorbrug, maar ik ben niet gemotiveerd en heb er eigenlijk ook weinig zin in. Na twee uur pak ik in en rijd even langs de Noordervaart waar Robbie zit te vissen. Hij heeft ook al 2 nachten geblankt evenals Tom Langens die het na een nacht al voor gezien hield. Ik weet echt nog niet wat ik ga doen. De Lange Hei op, of toch maar naar het Verbindingskanaal in de hoop op een dikke vis? Eerst maar eens zorgen dat de motivatie wat terugkomt, want die is momenteel heel erg ver te zoeken. Ook ben ik nog niet overtuigd van mijn Sushi boilies. Als ik er een aantal vissen op zou vangen, zou dat al erg helpen om er meer vertrouwen in te krijgen. Volgende week vrijdag moet Marian weer een dag weg. Eens kijken welke nacht ik dan kan vissen. Misschien de donderdagnacht en anders de zaterdagnacht. In elk geval kan ik vrijdag overdag enkele losse uren vissen. Als het weer zo blijft ga ik misschien naar de bak of anders enkele uren aan de Kettingbrug. Daar heb ik ook regelmatig instant succes gehad.
Ik ga vrijdag overdag eerst naar de Kettingbrug. Daar heb ik woensdagmiddag wat gevoerd aan de rand van het talud. Als de zon schijnt, wil daar nog wel eens een instant succesje te boeken zijn. Ik vis van half negen tot half elf maar er komt niets langs. Ik heb ook steeds de indruk dat ik te dicht op het water zit en de eventuele vissen verjaag. Na twee uur pak ik in en rijd naar de Zuidwillemsvaart omdat ik daar een stek op de Lange Hei wil opstarten. Ik peil de stek uit die ik in gedachten heb en ben meer dan tevreden met het resultaat. Ik vind een kuil en een talud. De kuil ligt op 80 meter rechts van mijn stek vlak bij een buis die het kanaal in loopt, terwijl het talud op 70 meter links van mij ligt. Beiden aan de wegzijde en dat betekent dat ik ofwel tussen de vangrail en het kanaal moet gaan zitten of meerdere stokken aan de overzijde moet vissen. Beide opties zijn niet erg aanlokkelijk dus we moeten het maar gewoon gaan proberen. Ik start maar eens met een nacht aan de wegkant bij de Honeywell. Vroeger zat de AKZO in dit industriepand en zo noem ik deze stek ook. Ik mag op dit kanaal gelukkig met vier hengels vissen, dus dat geeft wel wat mogelijkheden. Daarna rijd ik nog een uurtje naar de Schoorbrug waar ik eveneens blank. Morgen een nacht op de AKZO stek.
De nacht van 14 april loopt ook uit op een blank. Ik vis 12 uur aan een stuk op de AKZO stek. Auto’s en motoren rijden de hele nacht af en aan (de een nog veel harder dan de ander) en het is niet echt de meest rustige stek die je jezelf kunt voorstellen. Hoewel ik rond 04.00 uur een verhoogde activiteit van witvis waarneem, is er geen enkele vorm van actie op mijn 3 uitgezette hengels. Om 07.15 liggen mijn hengels bij het talud van de Kettingbrug. Daar krijg ik na 3 kwartier wél actie in de vorm van een enorme ruisvoorn die zich vergrijpt aan mijn Sushi boilie. Verder gebeurt ook daar helemaal niets en ik besluit mijn sessie met het voeren van mijn laatste boilies. Hopelijk volgende week meer succes.
Exact een week later ben ik terug op de AKZO stek. Ditmaal bevis ik mijn voerplekken vanaf de overzijde waar ik in elk geval meer bewegingsvrijheid en minder langsrazend verkeer heb. Ik vis met vier hengels ditmaal. Twee naar links en twee naar rechts. Om tien voor half tien, ik heb net Serge aan de telefoon, kromt de top van de hengel “overzijde rechts” zich en haak ik een vis. Het blijkt een grote winde die losschiet als ik hem wil onthaken. Het lood schiet met kracht in mijn kruis tegen mijn rechter bal “Au, vetgloeiende %@#%*&”. Even later hang ik een nieuwe bal (ditmaal een van vismeel) aan de hair en werp opnieuw in. De rest van de nacht mag ik nog twee windes onthaken uit dezelfde gewichtsklasse, 3-4 kilo. Ik besluit om ’s ochtends naar de Kettingbrug te rijden en daar nog twee uur mijn geluk te beproeven. Ook hier gebeurt wederom niets. Balen, als je met zoveel inspanning geen enkele vis van betekenis weet te vangen. Volgende week misschien weer eens een sessie samen met Brian.
Vrijdag 27 april zit ik inderdaad niet ver van Brian verwijderd. Ik heb ’s ochtends 20 kilo boilies gedraaid (110 eieren) en daarvan heb ik een kilootje bij me. Verder heb ik nog een beetje Big Activator die ook op moet. Ik vis een nachtsessie op de kruising van het Kempisch en het verbindingskanaal ter hoogte van de Ski club. Brian doet een nachtje op de Surfclub. We sporten wat af, nietwaar? Naar verwachting draai ik een dikke blank en ik besluit ’s ochtends nog even een kijkje te nemen bij Brian. Ook hij heeft geblankt. Ik kijk nog even bij het stuk tussen 4 en 5 waar enkele hele dikke vissen en nog wat subtoppers rondzwemmen. Ik besluit het restant boilies daar te voeren. Brian blijft de hele meimaand toch nog wat werken aan zijn surfvaardigheden en dan is het leuker als ik een beetje bij hem in de buurt ben. Ik denk dus dat ik de komende 4 weken daar maar ga zitten. Het kanaalstuk ziet er schitterend uit en het is ook een mooie omgeving voor foto’s. Een nieuw jachtterrein met historie. Al heel veel mensen hebben hier al op de dikke schub en de grootste spiegel van het water gejaagd. Ook heel veel mensen hebben heel veel blanks mogen noteren in hun logboek. We zullen eens zien.
Vrijdag 4 mei, dodenherdenking, zit ik ’s avonds om zes uur op 4 – 5. Niet op de stek waar ik wilde gaan zitten want daar zaten al twee vissers. Brian had dus halverwege gevoerd in de onmiddellijke nabijheid van de auto’s. Daar ben ik ook gaan zitten en ben net op tijd om Brian aan te zien komen. Hij wijst me de exacte voerplekken aan en we drinken samen een biertje voordat hij naar zijn eigen stek vertrekt. We zullen wederom beiden niets vangen maar wat een fraaie omgeving. Eekhoorns, een havik, twee buizerds, een waterrat, een aalscholver, een nest eendjes, reigers en veel witvis aan het oppervlak. Helaas geen karper. Mijn volgende sessie is woensdagavond, tenzij ik zondagochtend nog enkele uren ga.
Omdat ik zondag thuis ben gebleven, wordt het dus woensdagavond. Ik ben pas laat aan het water en rijd langs enkele stekken alvorens ik me installeer aan “de Waterhoek”. Een traditionele paaistek op het verbindingskanaal. Mijn overburen, 300 meter links van me, zijn al twee nachten visloos en ook de Belg die een half uur na mij arriveert en rechts van mij gaat zitten heeft er al 4 blanks opzitten. Niet echt opbeurend maar ik heb vertrouwen in mijn stek die vol staat met draadalg op een harde bodem. Om kwart over twaalf krijg ik een hele snelle oploper en direct een zakker van beide 4 piepen. Ik zit rechtop en gereed om bij de eerste de beste volgende toon mijn slaapzak te verlaten, maar het blijft stil. Ik besluit mijn aas te controleren en kruip daarna weer in bed. Ik lig te balen dat ik vanavond weer behoorlijk wat gerookt heb. De volgende ochtend valt mijn blik op de lijkjes van de sigaretten liggend in een plas ochtendurine. Ik wil écht stoppen, maar het is verschrikkelijk moeilijk, zéker bij het vissen. Ook vandaag ga ik weer visloos huiswaarts en besluit morgen eens enkele uren aan de Noorderlaan te gaan zitten. Ik moet tenslotte vis op de kant in mei en als ik volgende week weer naar 4 – 5 ga is de kans op een blank groter dan op succes. En toch, als hij daar gaat kan het altijd een hele dikke zijn. Ik haal in Someren tijgernoten en eivoer voor mijn budgetmix en pak meteen nog een paar zakken pellets mee.
Vrijdagochtend vis ik 4 uur aan de Noorderlaanvijver. Het is een grote deceptie. Ik heb de avond van tevoren met de werppijp ruim een kilo boilies gevoerd en vis daar met een hengel op. De andere hengel gaat net onder de hengeltop enkele meters uit de kant omdat ik daar al bij aankomst vis zie draaien. Als mijn hengels erin liggen zet ik mijn paraplu op. De wind is behoorlijk sterk en hoewel het nu droog is lijkt dat snel te gaan veranderen. De voorspellingen zijn dan ook niet mals. Windstoten en veel nattigheid. Dat van die windstoten klopt, want mijn paraplu staat nauwelijks 10 minuten voordat een rukwind hem compleet aan gort blaast. Ik laat de essentiële zaken op de oever staan en besluit zelf met de rest van mijn bagage in de auto te gaan zitten. De sounder box aan en afwachten maar. Na vier uur kan ik met een blank gaan inpakken. Misschien binnenkort maar eens naar het Blauwe meer aan de Voorhoeveweg. Daar zit niet alleen karper, maar ook meerval tot ruim anderhalve meter. Eens een sessie met pellets gaan vissen daar om te zien wat er gebeurt. Het is inmiddels 11 mei en ik heb nog geen vis op de kant deze maand. Het gaat toch tijd worden.
Elk jaar zijn er wel enkele perioden waarin het minder goed gaat, maar deze duurt nu wel erg lang. De laatste 9 sessies, in totaal ruim 100 visuren, zijn zonder een enkele aanbeet van karper voorbijgegaan. Het is dat ik mijn grijze haren koester, want het is om je haren bij uit te trekken. Ook de nacht van 17 op 18 mei gaat in de boeken als een blank. Ik rijd om halfvijf de oprit af en ben even na vijven bij sas 4. Daar heb ik gepland om te gaan zitten maar ik zie al direct twee bivvy’s als ik aankom. Ik maak een praatje en rijd via het modderige zandpad naar sas 5, maar ook daar zit iemand. Ik kan eventueel nog net tegen de sluis aan gaan zitten. Ik kijk eens rond in het wierbed en constateer dat daar geen teken van karper te zien is. Ook halverwege zaten nog vissers en ik besluit dat de lijndruk nu gewoonweg te groot is op dit toch al moeilijke stuk. Ik ga dus toch maar naar een ander kanaaldeel. Ik stop vervolgens bij de pannenkoekenboot. Ook hier is de stek bezet. Drie man op de kop bij de ski, de ingang van het kanaaltje naar Dessel en de overzijde. Dus weer in de auto en naar Hoolst. Ook hier is de stek bezet. Het is inmiddels halfzeven en ik begin nu toch wat nerveus te worden. Sas 1 lijkt nog een optie, maar dat betekent het hele stuk weer terug rijden. Ik besluit om nog even te gaan kijken bij Balen. Daar vind ik mijn oude stek vrij en ik besluit, ook omwille van de tijd, hier maar te gaan uitpakken. Eigenlijk tegen beter weten in. Ik vis hier 15 uur zonder een teken van leven. Ik rijd naar huis en besluit zondagochtend toch maar eens naar het Blauwe meer te rijden. Misschien heb ik daar meer kans op een visje.
Ik vis op zondag de 20e een korte sessie van drie uurtjes op het Blauwe meer. Na een half uur krijg ik een run op een hengel voor het eiland. De vis schiet het riet in en de haak lost. Jammer, dat was de eerste run op mijn nieuwe boilies, waarmee ik vis met wat hennep en tijgernoten. Die ingrediënten zitten ook verwerkt in de boilie en hebben me in het verleden ook regelmatig vis opgeleverd. De karper is rond het eiland volop aan het paaien en dat is niet de enige plek waar het druk is. Ook op de kant is er volop activiteit. Fietsers, wandelaars en vissers komen er af en aan en dat maakt dat mijn kantstok in elk geval onproductief is. Na drie uur pak ik in met in elk geval weer een aanbeet op mijn conto. Wanneer komt er weer eens vis op de kant? Ik heb nog een kans in mei en daarna ga ik toch weer naar de Paalse plas.
Op vrijdag 25 mei rijd ik naar de kom bij de Blauwe Kei. Voordat ik de brug oversteek peil ik met mijn vaste hengel de diepte onder de kant. Ik voer snel wat hennep en tijgernoten en rond de voerplaats af met enkele boilies die eveneens in het kookvocht hebben gelegen. Ik rijd de brug over en ga aan de boszijde zitten. Brian komt tegen acht uur ook aan en zet z’n hengels vlak bij de brug. We drinken een biertje en praten over de nacht die komt en natuurlijk over de opening op de Paalse plas over een week. We kunnen haast niet wachten en zijn beide gespannen of er wel stekken vrij zijn als we aankomen. Tegen elf uur ga ik slapen om een uur later door een boot gewekt te worden. Natuurlijk vaart hij door mijn lijn heen en verwacht ik lijnbreuk. Dat valt enorm mee en ik kan zelfs geen beschadigingen ontdekken. Er hangt wel een plastic zakje aan mijn haak dus eigenlijk is het niet erg dat ik moest binnendraaien. Ik had zo nooit een beet kunnen krijgen. Om half zeven ren ik op mijn slippers de tent uit. Deze keer is het wel een vis die verantwoordelijk is voor het alarm. Het is een ongelooflijk zware dril die een kwartier duurt. Als ik eindelijk de armen van het net de vis zie omsluiten ben ik
super blij. Niet alleen omdat de vis binnen is, maar het is ook nog een grote én een spiegel op de koop toe. Als ik Brian gewekt heb doen we samen de weegceremonie. Ik schat hem veertig pond, maar hij weegt 2 ons lichter. Het kan me niet schelen. Het is een supervis die na een verschrikkelijk mooie dril op de kant is gekomen. Met 92 centimeter is het al een respectabele vis, maar de buik die eronder hangt maakt dat de vis echt respect afdwingt met zijn verschijning. De vis heeft enkele krassen en mist ook een paar schubben. Toch hebben ze volgens mij nog niet volledig afgepaaid. Na de fotosessie mag de vis weer zwemmen. We drinken een kop koffie en gaan tegen tien uur inpakken. Ik ga met een goed gevoel naar huis. Volgende week naar de Paal en op de valreep toch nog vis in mei. Goed dat ik dat plastic zakje kon verwijderen, want het was juist de hengel aan de overkant die nu vis opleverde. De nieuwe boilie lijkt het ook goed te doen. Redenen genoeg om het allemaal weer wat positiever in te zien voor de komende tijd.
Maandag, tweede Pinksterdag, vis ik een korte sessie van 3 uurtjes op 2 stekken. Eerst vis ik anderhalf uur bij de Kettingbrug. Daar is geen actie en ik besluit nog anderhalf uur bij het sluisje in Lozen te gaan zitten. Vaak ligt daar vis in de stroming. Helaas kan ik daar ook niks vangen, dus sluit ik ook de laatste sessie van mei met een blank af.
Op donderdagmiddag kan ik het niet meer houden. Ik ben om tien voor half drie al weg thuis en onderweg naar de Paalse plas. Morgen is het vrijdag 1 juni en dat betekent de opening van het visseizoen. Brian zit er al sinds woensdag en heeft de kopstek. Ik ben van plan om bij hem te gaan zitten. Harry had eigenlijk hetzelfde plan, maar die moet nog werken en ik vind dat wie het eerst komt, het eerst maalt. Brian maakt het niets uit als hij maar uit de discussie kan blijven. Om kwart over drie rijd ik de Parking op en laad mijn kar. Even na half vier ben ik op de stek. We drinken een biertje en ik voer op mijn kantstek alvast een kilo Sushi boilies. Vijf minuten later zie ik een enorme kop boven water komen exact boven mijn voer. Een dikke dertiger. Dat belooft wat. Na het eten krijgen we te horen dat de politie gearriveerd is en iedereen sommeert om het terrein te verlaten. Het is verboden aan de plas te verblijven. Na een rustige discussie met de heren, waarin we onze opties doorspreken, blijkt dat we wel mogen “wandelen” op het terrein maar dat kamperen verboden is. We besluiten de tenten in eerste instantie plat te gooien en te wandelen. Later wordt dat plan bijgesteld en zullen de vissers aan beide kopeinden via de gsm een wekfunctie onderhouden. Zo kunnen we toch nog slapen ook al is het maar een uur of drie. Iedereen is op en top gespannen en hoopt op enorm veel actie. Om kwart over drie kijk ik over het water naar een enorme armada. Veel voerboten op het water met allemaal de overzijde als doel. Het lijkt de landing op Normandië wel. Vierentwintig vissers varen en gooien hun aas uit met een beer van de Paal als doel. Alleen Bart, die in zijn eentje aan de Golfkant zit, vangt een visje van 8½ kilo. Voor de rest worden er slechts enkele graskarpers geland, maar ook die laten het grotendeels afweten. Pas tegen het moment dat de hengels er weer uit moeten ’s nachts vangen Sammy en Brian (allebei rond 23.00 uur) respectievelijk een spiegel van 14 en een schub van 17 kilo. De nacht is snel voorbij want om kwart over drie mogen de hengels er weer in. Ook nu vangt Sammy die op de Brugstek zit, weer een vis. Ditmaal een schub van 18,8 kilo. Daarna vallen de beten weer compleet stil en zit iedereen weer in de wachtstand. Als ik om tien uur naar huis ga zie ik dat al veel vissers hun biezen gepakt hebben. Harry komt net aan als ik de auto ga inladen. Hij is “not amused” en baalt dat ik bij Brian op de kopstek ben gaan zitten. We bakkeleien wat en komen er niet uit. Mijn standpunten en die van hem komen niet overeen. Ik vind dat je alleen een stek kunt claimen als je er bent. Hij vind dat ik ergens anders had moeten gaan zitten. Nou ja, om de gevangen vissen hoeft hij niet jaloers te zijn. Ik heb alleen een graskarper gevangen, ook nog op de hengel van Marc Lavigne, en dat was op een andere stek. We denken dat de vis teveel tegen de paai aanzit en dat 48 lijnen in het water ook niet echt bevorderlijk zijn geweest voor een schranspartij. Volgende week maar weer naar het kanaal. Daar is het in elk geval een stuk rustiger met vissers en kan ik een hele nacht vissen zonder dat ik steeds over mijn schouder hoef te kijken of de politie eraan komt. Het wordt er niet leuker op in Beringen!
Vrijdag 8 juni ga ik een nachtje vissen in Lommel op het Kempisch kanaal bij de Blauwe Kei. De weerman heeft een verwachting uitgesproken die er niet om liegt. Er is weeralarm afgegeven in verband met hevig onweer, hagel en windstoten. In Goirle is een vrouw om het leven gekomen doordat ze getroffen is door de bliksem hoor ik op het nieuws. Ik zit in mijn auto, verklaar mezelf debiel en rijd gewoon door. Aan het water valt het mee. Ik kan relatief droog inwerpen en nestel me daarna met enkele biertjes en een spannend boek in mijn auto. Het regent inmiddels iets harder en het flitst ook af en toe. Tussen flits en donder zit nog zeker 5 kilometer en ik zit veilig in mijn kooi van Faraday. Helaas laat deze nacht geen enkele vis zich schaakmat zetten. Een brasempje verhangt zich om 8 uur aan mijn vastlood montage en daar moet ik het mee doen deze nacht. Volgende week donderdag met Brian naar de Paalse plas. Hopelijk levert dat meer op. De Kettingbrug heeft ook nog steeds geen vis opgeleverd, maar ook Lozen lijkt opnieuw aantrekkelijk. Daar is afgelopen nacht een schub van 24 kilo gevangen. Roel heeft er foto’s van gemaakt. Hij is terug! Op vaderdag een paar extra uurtjes?
Ik vis een nacht van donderdag 14 op vrijdag 15 juni. Ik ben ruim een half uur eerder op de parking dan Brian en ik besluit vast naar de stek te lopen. We willen vanaf de lange kant de kom in vissen. Er is sinds de opening nog niet écht goed gevangen, maar thuisblijven is geen optie. Ik ben net met mijn volledig bepakte kar in de eerste bocht als het begint te regenen. Eerst nog druppelsgewijs, maar gaandeweg steeds harder totdat het giet. Voordat ik bij mijn stek ben aangekomen, ben ik nat tot op mijn huid. Ik zet eerst mijn paraplu op en breng zoveel mogelijk materiaal in veiligheid. Een goed kwartier later is het weer droog, maar je kunt me uitwringen. Verder heb ik ergens in dit proces een winkelhaak in het kruis van mijn broek opgelopen en zit ik haast in mijn blote reet. Eerst de hengels erin en daarna zien we wel verder. Het is nu toch al gebeurd. Brian arriveert even later en ook Bart komt langs voor een praatje. Hij vertelt dat de Halve rijen kennelijk gestorven is en dat hij dood in de kom dreef. Als Brian zijn hengel uitvaart naar het talud in de kom en zijn aas dropt, heeft hij al na 5 seconden een aanbeet. Voordat de hengel op de steunen wordt gelegd, geeft de baitrunner al lijn af. Na het eerste ongeloof volgt dan toch de aanslag. Het lood had de bodem nauwelijks geraakt of de vis had het aas al opgepakt. Helaas schiet de schub na een zware strijd vlak voor het net los. Brian vloekt en tiert en smijt zijn hengel in de struiken. Gelukkig vangt hij ’s avonds nog een mooie troostprijs in de vorm van een spiegel van 14,6 kilo. Ook krijgt hij nog een schub te pakken van een kilo of elf. Om kwart voor twaalf, een kwartier voordat de stokken eruit moeten, krijg ook ik mijn aanbeet en vang ik een schub van 14,1 kilo. Daarna enkele uurtjes nachtrust en dan mogen de hengels er al weer in. Het is zwaar om op deze manier te vissen. Laat naar bed en dan heel vroeg eruit om de hengels weer opnieuw in te gooien om toch maar zoveel mogelijk visuren mee te pakken. Wat een flauwekul. Als je jezelf dit soort dingen bedenkt, realiseer je pas echt hoe stom sommige regels zijn. Daar staat tegenover dat als het nachtvissen hier zou worden toegelaten, het nog veel drukker zou zijn aan dit water. Even na zessen vangt Brian nog een spiegeltje, gevolgd door nog een schub. Om twintig over zeven vang ik op de brugstek ook een kleine schub van iets meer dan 10 kilo. Brian doet eveneens vrolijk verder en de stand staat even later 5 – 2. Om tien over negen gaat mijn brugstok er wéér vandoor. De vis gaat direct al door de slip en zwemt naar rechts. Ditmaal voelt het allemaal veel zwaarder dan bij de vorige vissen. Hij blijft aan de eigen zijde nog even achter het talud liggen mokken voordat hij onder de top komt. Als de vis onder de kant enkele rondjes draait en het troebele oppervlak doorbreekt, zie ik een dikke buik, massieve schouders en een groot lijf. Het is weer een big. Na een minuut of tien kan Brian het net onder een hele dikke spiegelkarper schuiven. Het is ofwel de geest van de Halve rijen, of hij leeft nog. Tijdens het wegen blijkt al dat hij nog springlevend is. "The Phantom of the Paal". Hij ziet er fantastisch uit en is duidelijk een stuk zwaarder als een
jaar geleden. Toen ving ik hem (op Vaderdag) op een gewicht van 20,1 kilo. Nu is hij exact twee kilo zwaarder. Ik ben super tevreden. De eerste veertiger van dit jaar ligt op de kant. Aan het einde van de sessie heb ik 3 karpers gevangen. Brian heeft het met vijf karpers ook prima gedaan. Helaas had hij deze keer wat pech met de gewichten. Het meest opvallende van deze sessie was dat ik tot nu toe nog geen enkele vis had gevangen op mijn Sushi boilies, terwijl ze nu alle drie sneuvelden aan dit aas. Dat belooft nog wat voor de komende maanden. Volgende week weer terug, dat staat vast. Ik zit in een goede periode en vang regelmatig mooie vissen. Eens kijken of ik dat nog een poosje kan vasthouden.
Zo blijkt een week later maar weer eens dat vissen een onvoorspelbare sport blijft. Het weer is enigszins omgeslagen. Meer regen en wat lagere temperaturen terwijl de wind nog steeds matig vanuit het zuidwesten blaast. Ik krijg zaterdagavond na 50 minuten een run die ik los. Hele rare run overigens en even later staat er een jongen bij me op de stek die me vertelt dat ik bovenop zijn stek zit te vissen. Dat lijkt me sterk want ik vaar recht vooruit en hij zit bijna honderd meter rechts van me. Hij geeft ook wel toe dat hij schuin vist, maar hij zit op de vis en weigert meer naar rechts te vissen. Als ik even later heb uitgevaren loop ik naar de brugstek om verhaal te halen. De Helmonders doen hun afkomst eer aan, geven me een grote bek en verdommen het om rechtuit te vissen. Ik ben woest maar kan er niets tegen doen. Uiteindelijk zal ik deze sessie met drie graskarpers genoegen moeten nemen. Volgende week vrijdag gaan we het nog maar eens opnieuw proberen. Dat wordt de laatste sessie in juni.
De laatste sessie in juni vis ik samen met Brian op de brugstek. Op vrijdag de 29e rijd ik samen met Mathijs naar de Paalse plas. Mathijs heeft gisteren zijn periode op de basisschool afgesloten met een musical en daarom kan hij vandaag met mij gaan vissen. Brian was een dag eerder al daar en heeft inmiddels al 6 vissen, waaronder 3 dertigers. Ik vang ook binnen de twee uur vis, een schubje van net geen 12 kilo, maar voor de rest moet ik het stellen met graskarper. Brian vangt er tijdens mijn aanwezigheid ook slechts twee, maar ditmaal heeft hij meer geluk met de gewichten. Hij vangt er namelijk nóg een dertiger bij. Op zaterdagochtend pak ik in en rijd ik na 19 uur vissen huiswaarts. In elk geval vis op de mat, maar het had wel wat beter mogen zijn. Je merkt heel goed dat als een stek enkele dagen met rust is gelaten, dat de eerste visser die er komt enkele vissen kan afromen alvorens de stek door de aanwezige lijnen weer stilvalt. Brian had in de eerste 24 uur driekwart van zijn vis op de kant. De laatste 24 uur die hij deelde met mijn aanwezigheid vingen we met het dubbele aantal hengels nog maar de helft van de vangst van een dag eerder. Gelukkig heb ik de komende vakantieweken het rijk voor mij alleen. Hopelijk wordt juli een goede maand.
Zondag de 8e rijd ik voor de eerste keer naar de Paalse plas. Als ik aankom lijkt de kop vrij. Mooi, want daar moet ik zijn voor de bloemspiegel. Helaas zijn de vier jongens die op de brugstek zitten net daarheen aan het verkassen. Ik ga dus maar op de brugstek zitten waar de jongens in drie dagen ook slechts drie vissen gevangen hebben. Ik houd het op de lijndruk van acht hengels en denk met twee hengels dus veel meer kans te maken. Ook hebben ze, naar verluid, op een diepte van 3 meter gevist terwijl je de vissen nu ondiep moet zoeken. Om een lang verhaal kort te maken, ik vang niets. Harry en Tom die links van mij de kom in vissen, blanken ook allebei. Na 14 uur vissen pak ik mijn boeltje bij elkaar en rijd naar huis. Er zullen nog meer sessies volgen de komende weken. Ik ben benieuwd.
Een week later ben ik weer terug. Ditmaal met ‘n nieuwe kar die ik moeiteloos van de parking naar de kopstek kan duwen. Ik verwacht er best veel van maar het weer zit zwaar tegen. De thermometer geeft onderweg al 32 graden aan en er staat geen zuchtje wind. Niet de beste omstandigheden om vis te vangen. Dat blijkt ook wel als ik ’s avonds om twaalf uur zonder een enkele piep kan binnendraaien. De volgende ochtend start beter. Om drie uur heb ik de hengels weer uitgevaren. Een aan de eigen zijde en een aan de overkant. Het is die laatste die om 03.40 uur een aanbeet registreert. De vis vecht loom en op zijn gewicht. Na 20 minuten, waarin de vis niet echt hard heeft tegengestribbeld, rolt hij zomaar ineens van de haak. Hij had tot dan toe slechts eeen paar keer enkele meters lijn genomen. Niet snel maar heel rustig. Ik denk dat ik weer eens een beer verspeeld heb. De rest van de ochtend levert niets meer op dus keer ik met een tweede blank in juli huiswaarts. Misschien de volgende keer enkele dagen met Rolf. Hopelijk word dat een gezamenlijke sessie die eens een keertje goed loopt bij ons.
Woensdag 18 juli gaat het inderdaad gebeuren. Rolf en ik gaan weer eens een gezamenlijke sessie draaien van 2 nachten. Hoewel we de kopstek hebben, zijn de vooruitzichten weinig hoopvol. De afgelopen dagen is er geen enkele karper uitgekomen. Niet aan de parking, niet in de kom en ook niet op de brug- en de kopstek. Toch heb ik er vertrouwen in dat er een visje af zal komen de komende dagen. De voorbereiding is goed genoeg geweest. Ik heb vijf kilo sushiboilies en anderhalve kilo hennep-tijgernootboilies bij me. Verder nog wat pellets, gefermenteerd bloedwormextract en een kilo vismeel om de zaak bij elkaar te houden. Eens kijken of een voerstek op werpafstand ook nog wat anders oplevert als brasem. Hoewel de sessie ditmaal verloopt zonder opmerkelijke tegenslagen (dat is in elk geval winst tijdens onze gezamenlijke sessies), kunnen we nauwelijks vis vangen. De sfeer aan het water is overigens prima. Brecht en Achiel drinken woensdagavond een biertje bij ons. De voorraad voor twee dagen gaat er zo in één dag doorheen. Brecht gaat ’s avonds nog friet halen voor ons en komt met veel te veel terug. Twee friet speciaal in Belgische hoeveelheden is zelfs voor een goede eter als Rolf te veel. Brecht had de bestelling wat verkeerd begrepen. De temperatuur is op zich niet slecht maar het is benauwd en de wind draait alle kanten op. Alleen ik kan op donderdagochtend even na zessen een vis vangen van 10 kilo. Een schubje. Voor de rest bestaat de buit bij mij uit 3 graskarpers en een brasem. Rolf moet het slechts met één brasem stellen. Als we op vrijdagochtend naar de parking lopen is de teleurstelling bij beiden dan ook goed voelbaar. Dat ook de andere vissers nauwelijks wat gevangen hebben, maakt het er niet echt makkelijker op. Nu eerst een week met Marian en Mathijs op vakantie en daarna heb ik nog ruim een week om de teleurstellende reeks van sessies deze vakantie nog goed af te sluiten. Voor wat betreft het vissen op de Paalse plas begin ik te merken dat het einde nadert. Te veel vissers, te veel energie moeten steken in te weinig vissen, te grote afstanden om te rijden. Het moet allemaal makkelijker en beter kunnen. Toch is het bestand op deze put erg aantrekkelijk en blijft het water een grote aantrekkingskracht op mij uitoefenen. Hopelijk is de motivatie na de vakantie weer gestegen en anders zal ik mijn visserij weer eens op een ander water moeten gaan richten. Eens zien wat Brian doet.
Op zondag 29 juli vis ik weer een sessie op de Paalse plas. Ik kan op de brugstek gaan zitten en barst van de motivatie. Tom Langens had hier een week geleden een twee daagse sessie met 2 veertigers, 4 dertigers en een volschub van 13,8 en Brian had gisteren 5 vissen met de kleine halve rijen erbij op 18,2 en een schub van iets meer dan 16 kilo. Dat belooft wat. Het weer dat erg slecht is geweest staat op dit water vaak garant voor goede vangsten. Vooral de wind is erg belangrijk. Kracht vier uit west of zuid is meestal prima. Als ik aankom trekken de wolken open en valt de wind weg. Een volle maan maakt dat het ’s nachts niet écht donker wordt en ook de volgende ochtend laten wind en wolken het afweten. Het resultaat is navenant. Twee graskarpers en verder niks. Als ik onderweg naar huis in een geweldige stortbui (met veel wind en wolken) terechtkom, wordt mijn humeur er niet beter op. De enige opleving in het weer betekent tevens de enige dip in aasgedrag. Woensdag ga ik maar weer eens een nacht op het kanaal zitten bij het bordeel. Misschien komt er in de stroming meer vis vanaf dan ik op de Paalse plas kan vangen. Juli sluit ik dus af met maar één klein visje.
Op woensdag 1 augustus ga ik een nacht naar “het bordeel”. In 2004 heb ik hier ook enkele sessies gevist met the method en vooral veel witvis gevangen. Nu vis ik met veel grotere boilies (25-30 mm), maar de vangsten blijven identiek aan 2004. In de avond vooral veel attentie van witvis en de karper laat verstek gaan ondanks twee dagen voorvoeren. Ik zit in een periode dat het allemaal behoorlijk moeizaam gaat. Ik heb alleen nog een nacht in het weekend voor de boeg die mijn vakantievangsten nog een positieve wending kunnen geven. Ik ben bang dat ook dit jaar de zomerdip weer volop toeslaat.
De nacht van zondag 5 op maandag 6 augustus vis ik een sessie op de kopstek. Hoewel Eddy hier twee dagen heeft gezeten en ruim gevoerd heeft (in totaal zo’n 40 kg) zijn de andere goede stekken bezet of onbevisbaar. Ik ga dus tóch maar op de kopstek zitten. Er gebeurt de hele avond niets tot vijf voor half twaalf mijn rechter stok een zakker registreert. Ik probeer aan te slaan en voel pas na een aantal keren draaien weerstand. De vis laat me echt heel diep gaan. Ik denk in eerste instantie met een graskarpertje van doen te hebben, even later blijkt het toch karper te zijn en nog een kwartier later denk ik aan een grote schub, zoals Roy, aan mijn lijn. Nog een kwartier later denk ik aan een grote meerval en weer een kwartier later weet ik het écht niet meer. Telkens als het knoopje van mijn voorslag door het topoog komt, neemt de vis een nieuwe run die niet te stoppen is en loopt dan tot voorbij het stoppertje op 83 meter. Als ik na exact één uur en twintig minuten mijn net onder de vis kan schuiven, weet ik niet wat ik zie. Een torpedoschub van 92 centimeter en 13,6 kilo, zo blijkt even later. Wat een vechtersbaas, ongelooflijk. Ik besluit de vis te zakken, want een vis die me zolang bezighoud verdient een plekje in mijn fotoboek. Voor de rest vang ik niets meer deze sessie, maar dit was echt een dril om nooit meer te vergeten. Brian neemt de stek over.
Twee dagen later, Brian heeft elke avond een dertiger en een veertiger gevangen, stuur ik hem ’s ochtends een sms waarin ik informeer naar de vangst. Ik word eigenlijk meteen teruggebeld en Brian stamelt: “Ik heb helemaal niets meer”. In eerste instantie denk ik dat hij niets heeft gevangen, maar dan wordt duidelijk dat zijn hengels, molens en piepers gestolen zijn. Alles is weggehaald terwijl hij in zijn eerste slaap zat. Zijn gelegenheidsvismaat, die dezelfde piepers heeft als ik, heeft meer geluk. De dieven willen ook zijn piepers uitzetten en zijn kennelijk niet op de hoogte dat dan het alarm op de sounder box afgaat. Er rent iemand hard weg en voordat ze in de gaten hebben wat er aan de hand is, zijn ze al te laat. Brians spullen zijn weg.
Die zaterdag ben ik toch weer aan de Paal. Mijn maag laat weten dat ik er ook wel tegenop zie om deze nacht aan het water te zijn. Ik schijt bagger bij het vooruitzicht dat de dieven terug komen en geïnteresseerd zijn in mijn hengels. Aan het water blijkt dat het druk is. Twee man op de kopstek voor een week, een man bij de brugstek, twee op de lange kant en langs de weg zitten er ook nog vier. Ik besluit op de parking te gaan zitten naast Ferry en Koos. Dat voelt een stuk safer, maar ondanks dat slaap ik rete slecht. Al met al heb ik hooguit 2 uur geslapen als ik om half zes mijn ogen weer open doe. Ik ga koffie zetten en zit de sessie visloos uit. De nicotine die ik van Ferry gebietst heb geeft de angstige en visloze sessie nog een extra wrange nasmaak. Nog een paar weken en dan worden de nachten écht te lang om hier nog te vissen.
Donderdag 16 augustus ben ik terug. De twee op de kop zitten er nog steeds en voor de rest is er niemand. Ik ga op de lange kant zitten en vis een hengel naar de brug en een in de kom op de ondiepte. Beide hengels blanken hoewel ik ’s ochtends op mijn rechter hengel een zakker krijg. Bij het binnendraaien blijkt dat mijn onderlijn doormidden is. Alles bij elkaar heb ik 10 uur gevist voor heel weinig actie. De bakens moeten binnenkort verzet worden. Nog 5 weken en dan gaan Brian en ik naar Lac de Cormoranche. Daar moeten we in elk geval vis vangen. In de tussentijd zou ik wat meer tijd willen steken in het Kempisch kanaal (4-5), maar ik weet dat de Paal teveel trekt. Komende zondag nog maar eens wat uurtjes op Lozen bij het sluisje zitten. Misschien levert dat nog een of twee aanbeten op.
Ook op zondag de 19e ga ik visloos naar huis. Ik vis op 3 verschillende stekken. Bij het sluisje krijg ik na een kwartier een enorme ruk op mijn rechter hengel en heel even loopt de baitrunner. Dan sla ik aan en is de weerstand verdwenen. De onderlijn zit weer eens niet goed. Dat blijft lastig in de stroming. Na anderhalf uur verruil ik deze stek voor de Schoorbrug waar ik even lang blank. Het laatste uur blank ik een kilometer verderop. Ook Brian scoort niet dit weekend en zo kruipen we op onze Frankrijksessie af. Nog 5 weken.
Ik doe een sessie op het Kempisch. Eigenlijk wil ik naar 4-5 maar daar kan ik geen enkele vis ontwaren in de wierbedden. Tegen de tijd dat ik bedacht heb dat ik dan toch maar het best in de stroming bij sas 4 kan gaan zitten, is de stek bezet. Ik rijd langs het kanaal en besluit op 0-1 te gaan zitten, aan de overzijde van waar ik in mei de grote spiegel ving. Enkele jongeren vangen op mijn oude stek aan de overzijde een “Anaconda” (een grote paling dus) en dat gaat gepaard met heel veel kabaal. Voordat het beest is vermoord is alle vis in een straal van een kilometer vakkundig verjaagd. Op twee brasems na, loopt de nacht uit op een blank. Nog vier weken. Ik kan niet wachten.
Ook de laatste sessie van augustus, een dagsessie op de 31e, eindigt zonder karper. Ik vis een sessie vanaf de kopstek. Om 07.15 krijg ik een run op mijn rechter hengel maar als ik aansla is het gevoel weg. De onderlijn blijkt gebroken. Verder vang ik nog wel 2 graskarpers (de 1e is zelfs een 15 kg +), maar daar blijft het dan ook bij. Nog drie weken, dus nog 2 keer vissen en dan is het zover.
Hoewel ik dit hoofdstuk “inspelen op de omstandigheden” heb genoemd, lijkt het erg moeilijk om de omstandigheden te beïnvloeden. De vis aast niet, in elk geval niet op de Paalse plas, en wat je ook probeert, niets lijkt te werken. Misschien moet ik nu écht gaan uitwijken naar een ander water. De nachten worden te lang en de effectieve vistijd wordt met het naderen van de herfst korter en korter. Afgelopen nacht heb ik weer een blank opgelopen. Het is nu zondag 9 september en ik heb deze maand nog geen vis op de kant. Die komt er vast wel, want over twee weken is het moment aangebroken dat Brian en ik voor een week naar Frankrijk trekken. Onvoorziene omstandigheden daargelaten gaat dat zeker vis opleveren. Ik heb er zin in.
Op 14 september ontmaagd ik mezelf. Ik vis die nacht voor het eerst van mijn leven een sessie op het befaamde KK 7 – 8. Een lastig stuk zoals ook zal blijken want de wakers blijven in de ruststand hangen en de piepers blijven muisstil. Als ik ’s ochtends om 09.00 uur na 15 uur ga inpakken weet ik gewoon dat ik hier nog ga terugkomen. Hoewel de stek me minder goed bevallen is, sprak de rust en de stilte me wel aan. Volgende week is het eindelijk zover. Ik ben buiten mezelf van spannende voorpret en ook Brian weet van zottigheid niet meer waar hij het zoeken moet. Nog een trage week te gaan, maar dan een week lang vissen in Frankrijk.
Zaterdagochtend staat alles kant en klaar in de garage. Een foedraal met 6 hengels (één voor Brian en een peilhengel), mijn rugzak, de etenskist, een koelbox, stretcher, stoel, voerboot, tent, staafmarkers, pellets, blikmaïs, hennep en tijgernoten, vismeelmix, eten en drinken, slippers, waadbroek, kleding, kookgerei en heel veel batterijen. Inmiddels heeft Marian al ingestemd dat we eerder vertrekken dan de geplande 04.00 uur ’s nachts. We slapen tóch niet voor die tijd dus met een beetje mazzel winnen we een uur of 5. We zijn er zo verschrikkelijk mee bezig geweest de afgelopen weken dat de spanning voelbaar is. Brian heeft gisteren nog ruim 55 kilo boilies gehaald bij Pluckers en nog wat drijvende bollen erbij. De zaterdag verloopt traag. Eerst moeten we nog naar twee verjaardagen. Een bij de buren en een bij Tommie, de broer van Marian. Ondertussen zit Brian nog aan een dinertje in Leende. Ik verwacht dat hij zo rond half tien bij me op de stoep staat en daarom ga ik ook niet mee naar de verjaardag van Tommie, maar dat valt tegen. Pas tegen kwart voor elf draait hij de straat in en om elf uur zijn we pas echt onderweg. Aan het einde van de dag is het dan eindelijk zover, we zijn vertrokken voor een week Frankrijk. Als het een beetje wil kunnen we zo’n 140 uur onafgebroken vissen op een water waar al vissen tot net over de 30 kilo zijn gevangen en dat verder nog enkele 40-ers en 50-ers herbergt. Klinkt toch niet slecht, wel? Ons reisdoel ligt ongeveer halverwege de Route de Soleil op 7 uur rijden van Brabant. Als alles goed gaat, zijn we met dagaanbreken daar. ’s Ochtends om 07.30 staan we aan het water. We lopen een rondje nadat we door enkele snoekvissers door de poort zijn gelaten. Eerst komen we nog enkele Hollandse bekenden tegen die ook op het Kempisch kanaal vissen en die een dag eerder zijn gearriveerd. Ze hebben nog niks. We komen aan op de stek van onze keuze en terwijl Brian zich bezighoudt met het inrichten van ons kampement, trek ik erop uit om vergunningen te halen. De eerste Bar Tabac heeft er geen meer. “Shit!” De vriendelijke barvrouw wijst me de weg naar een dorp verderop waar ze ook vergunningen verkopen. Ook daar krijg ik nul op rekest en wordt ik langzaam zenuwachtig. “O, fuck maak me niet gek!” Pas bij de derde poging, weer een dorp verder, is het raak en kan ik de laatste 2 Cartes de Vacances kopen. Pffff, een zucht van verlichting. Dan zijn ze ook in de derde winkel écht op. We hebben de allerlaatste vergunningen uit de regio. Ondertussen is Brian nog iets verder opgeschoven naar de rechtse kant van het water richting de dam. Fransen hebben daar vlak voor het inpakken een spiegeltje gevangen. Wij krijgen op die stek ook direct actie van de poisson chat. Alijn zegt in zijn boek: katvis = kutvis” en dat merken we ook. De hele tijd (ook in de nacht die volgt) krijgen we enkele piepen, vierkante boilies, ‘n kale hair of zelfgehaakte dwergmeervalletjes. De volgende dag zijn we het dus snel eens. Hier blijven we niet. We rekenen de camping af en rijden naar Longeville en Lac de Vorgey. Het is het laatste water waar we besluiten twee nachten te verblijven. Héél blauw water in een grindbak van zo’n 4 meter diep en als het goed is een bestand met enkele hele mooie vissen. Om half vijf gaan de hengels erin en 3 uur later heeft Brian zijn eerste run. Die resulteert in een spiegeltje met een moddervette pens. Ondanks de korte lengte komt het visje toch zeker zo rond de tien kilo uit. Ik heb in de tussentijd met pellets en particles een emmer vol grondvoer gemaakt dat ik al zwemmend aan de achterzijde van een eiland deponeer. Het water is maar achttien graden en dat voel je. Even later sta ik mezelf, voldaan door de actie, met een klein blauw pieleke af te drogen achter de auto. Het water was écht koud! Om vijf voor twaalf staat de stand gelijk en heb ook ik een spiegeltje van 21 pond te pakken. Inmiddels is het mooie weer veranderd en regent het. Dat doet het nog steeds als ik om half twee weer een run krijg. Deze vis voelt iets beter en dat blijkt ook tijdens het wegen. Met 13,1 kilo ben ik al aardig tevreden. Hij gaat de zak in omdat ik er foto’s van wil hebben en tegelijkertijd wil zien wat er aan verteerd voedsel achterblijft. Om zes uur vang ik een schubje van een kilo of vijf en anderhalf uur later los ik er ook nog eentje. In elk geval actie genoeg. Overdag gebeurt er weinig totdat Brian een schaduw ziet onder de toppen van zijn hengels. Het blijkt een spiegel van een mooi formaat die op zijn kop de bodem afspeurt naar wat eetbaars. Brian trekt zijn middelste hengel terug en voert enkele boilies bij. Hij blijft op enkele meters achter zijn hengel zitten en kijkt naar wat er gebeurt. Even later zie ik hem omhoog springen en zij hengel oppakken. Die vliegt meteen krom en na een korte strijd glijdt er een spiegel van 16 kilo over de netrand. Good angling, zouden de Engelsen zeggen. Later lost hij nog een mid-twintiger en vangt hij nog een vis van 12 kilo. Bij mij loopt om kwart over drie mijn rechtse hengel af en vang ik een spiegeltje van een pond of 11. Brian heeft ook nog twee knollen gevangen en hij heeft het ook op deze put helemaal gehad. Het zit allemaal niet mee deze sessie. Eerst hoge verwachtingen op Cormoranche en veel attentie van katvis. Daarna veel geruchten over een goed bestand op dit knollenwater. Het wordt tijd voor een goed plan de campagne. Wederom staat het voor ons vast. Hier blijven we ook niet. Ook de geluiden van Cormoranche maken dat we geen illusie hebben om daar naartoe terug te keren want Pierre en John hebben na vier nachten nog steeds geen vis daar. Om negen uur gaan de hengels eruit en om tien uur zijn we weer onderweg. We rijden naar Courcelles waar het meer van Trelou sur Marne ligt. Hier komen we rond de klok van drie uur ’s middags aan en zien tot ons ongeloof dat er een Enduro gepland staat voor vrijdag. Daar komen we dus ook niet tussen en het lijkt erop dat deze sessie écht gedoemd is te mislukken. Uiteindelijk rijden we naar Donchery. Brian heeft de verwachting dat het erg druk zal zijn omdat het de laatste week betreft van het nachtvisseizoen daar. Ongeloof als we het pad opdraaien van een tweemansstek die met de auto bereikbaar is. De stek is vrij. Sterker nog, op het hele water zit slechts één visser (met hondje). Mijn motivatie groeit direct met zeven meter en we bouwen snel het kamp op. We willen droog starten en als het even kan ook nog voor het donker de hengels uitvaren. Dat is een ding wat deze sessie nog extra cachet geeft. We vissen vanaf de kant maar het aas moet worden uitgevaren en ook de vissen moeten vanuit de boot worden gedrild. Ondanks onze haast moeten we grotendeels in het donker ons aas uitvaren en liggen de hengels nauwelijks naar behoren. Er is op de stek ook slechts ruimte voor maximaal 3 hengels de man, maar dat vinden we geen bezwaar. Dat de volgende morgen geen hengel is afgelopen, op de attentie van een brasem aan Brians hengel na, is nauwelijks verwonderlijk. We varen na een goed ontbijt alle hengels opnieuw uit met 2 boilies aan elke hair (anti brasem) en vinden het daarna een stuk beter liggen. ’s Middags willen we op z’n Frans, met een wijntje en wat worst, de middag inluiden maar mijn middelste hengel denkt daar anders over. Met veel kabaal loopt hij af. De dril vanuit de boot is weinig spectaculair want zodra ik boven de vis kom en kracht zet geeft hij het eigenlijk al op. Hij zit snel in het net. Een spiegel van 87 centimeter en 12,8 kilo mag even op de foto en daarna, als ik opnieuw heb uitgevaren, is het toch echt tijd voor een wijntje. Om 8 uur heb ik zo’n slaap dat ik het niet langer uithoud en ik kruip onder de wol. De volgende ochtend word ik na ruim tien uur slapen wakker van enkele piepen om kwart over zes. “Wat is dat?”, vraagt Brian. “Wat denk je? Weer een platte natuurlijk”, antwoord ik hem terwijl ik aansla. Als daarna de “platte” door de slip naar links gaat, lijkt er iets niet te kloppen. Mijn slaperige hoofd wil dat eerst alleen nog niet helemaal vatten. Ik stap in de boot en als ik bijna in Brians lijnen zit besluit ik dat het misschien tóch te moeilijk is om dit alleen te doen in het donker. Ik vaar de 15 meter die ik heb afgelegd terug en laat Brian instappen. Dat gaat simpeler en even later ligt er een grote spiegel in het net. Op de kant blijkt deze nog 6 centimeter langer dan zijn voorganger en hij weegt op een ons na achttien kilo. Kijk, hiervoor ben ik naar Frankrijk gekomen. Man, wat een mooie vis. Ik maak de hengel weer in orde en leg hem terug. Daarna vaar ik mijn middelste hengel ook nog een keer opnieuw uit en dan is het licht genoeg voor foto’s. Vooral die in het water doen de vis recht. Om vijf voor drie ’s middags krijg ik alweer een run op mijn middelste hengel en ik zie even later de vis, het is weer een dertiger, die recht naar de bodem duikt. Terug het wier in waar ik hem net heb uitgetrokken. Dan lijkt alles muurvast te zitten. Ik verhoog langzaam de druk op mijn hengel en voel de vis loskomen. Dan veert plots de hengel recht. De haak is los. Ik baal en vloek hevig als we terugvaren naar de stek. Brian zit er stilletjes bij en laat me even mijn teleurstelling verwerken. Om vijf voor zes krijg ik mijn herkansing op dezelfde hengel. De vis vecht hard om los te komen maar ik ben erop voorbereid. Als ik denk dat de vis klaar is voor het net duikt hij plotseling recht op mij af en onder de boot door. Ik had de slip in deze fase van de strijd wat losser gezet en ik kan ook deze laatste vluchtpoging opvangen. Deze keer gaat gelukkig alles wél goed tijdens de dril en kan Brian even later het net onder een van de mooiste spiegels die ik ooit ving schuiven. Ook met het gewicht zit het wel snor voel ik als ik de vis de boot in til. Het enige dat fout gaat tijdens de hele procedure daarna is dat ik vergeet de vis op te meten. Ik schat hem op ruim 90 centimeter (ik noteer 92 in mijn logboek) en weeg hem exact op 18,3 kilo. Ook nu zijn de foto’s weer prima. Het is een supermooie vis en ik ben er erg blij mee.
We sluiten de vrijdag af met droog weer en dat is ook erg prettig na alle regen van de afgelopen week. Helaas is het de volgende dag, als het tijd is om te vertrekken, weer een stuk minder. Het regent en er staat een vieze westenwind met kracht 4 tot 5 die recht onze stek op blaast. Tot onze spijt laten de vissen het de laatste dag afweten en we besluiten rond tienen te gaan inpakken. Om half een zit alles in de Volkswagen bus van Brian en zijn we zelf ook weer omgekleed en enigszins toonbaar. De reis naar huis begint en dat betekent dan echt het einde van onze sessie. Jammer genoeg heeft Brian de laatste dagen geen vis meer gepakt maar ik kan des te meer terugzien op een geslaagde sessie die aanvankelijk slecht begon maar gaandeweg steeds beter werd met een duo schitterende spiegels als finale. Ik ben een tevreden mens op dit moment. Nog drie maanden te gaan voordat ook dit seizoen weer ten einde is.
Op maandag 8 oktober rijd ik om kwart over 4 de oprit af voor een dagsessie op de Paal. Het is niet alleen vroeg. Het is ook ongelooflijk mistig. Op sommige plaatsen is het zicht nauwelijks 50 meter. Het is dan ook net verwonderlijk dat ik een uur nodig heb voor de heenreis en dat zonder enige verkeersdrukte! Alle plaatsen op de Paal zijn vrij en ik besluit op de lange kant voor het bos te gaan zitten. Om zes uur liggen de hengels erin. Niet zonder enige moeite. Omdat ik wil proberen om tóch naar het talud uit te varen met mijn voerboot, ben ik hem haast kwijt in de mist. Gelukkig heb ik op tijd gedropt (midden op de plas op 6 meter water) en zie ik met uiterste inspanning plotseling een vaag schijnsel. Iets bijsturen, even het gas erop en ja hoor. Het bootje wordt iets duidelijker zichtbaar. De andere stok drop ik op 50 meter waar ik het bootje goed kan zien en gooi ik er met de pijp nog wat boilies rond. Om half tien is het helder genoeg om uit te varen. Een hengel gaat richting het kopje rechts en de andere in het midden van de kom, net over het talud. Kwart over twaalf besluit ik een proefje te doen met mijn foampjes. Ik heb 2 soorten. Grote en kleine. Ik maak een grote vast aan een stuk nylon, hang er een stuk lood bij en gooi het geheel in het water. Om half een krijg ik een paar piepen op mijn rechter hengel en beweegt mijn top wat. Omdat ik vorig najaar bij het slaan op dergelijk brasem aanbeten vissen ving van ruim 13 en 17,5 kilo sla ik ook nu aan. Helaas een gat in het water en niks daar! Terwijl ik binnen draai krijg ik plots een run op de linker hengel. Hier zit in elk geval wel wat aan, maar het gebonk op de top verraad een “grassie”. Als ik om 13.00 beide hengels weer in heb liggen constateer ik tot mijn verbazing dat de foam nog steeds vastzit aan de lijn. Pas als ik de lijn beweeg breekt hij af en de watertemperatuur is nog steeds ruim 14 graden. Shit, dat duurde dus 3 kwartier. Een klein foampje daarentegen lost in anderhalve minuut op dus weet ik nu in elk geval welke soort ik vanaf nu ga gebruiken. De rest van de dag geen actie meer, dus wachten op de donderdag als ik op mijn voerstek op de IJzeren Man een paar uur ga vissen. Ik ben heel benieuwd en verwacht daar eigenlijk wel wat actie op de Pluckers boilies.
Nou die actie valt tegen op donderdag 11 oktober. Het zit weer potdicht met mist en pas tegen twaalf uur begint er wat licht te komen. Toch pak ik in want drie uur zonder vis na drie keer voorvoeren zou niet mogen. Ik rijd naar Hapert om daar op het putje te gaan voeren. Een dag later daarheen en ook daar blank ik. Ik vis een hengel freelining, en de andere met een rietstengel om de tube heen gedraaid en een kurk aan de oppervlakte om maar zo weinig mogelijk lijn door het water te laten lopen. De vissen hier kennen inmiddels het klappen van de zweep want er wordt hier genoeg gevist. Niet verwonderlijk want er zwemmen hier drie veertigers. Weer een dag later blank ik 4 uur op het kanaal bij de Ellbrug. Het is moeilijk deze periode. Ik moet mijn plannen voor de winter maar eens gaan smeden.
Ik vis op maandag 22 oktober een dagsessie op de Paalse plas aan de Golfkant. Het is vies koud met een oostenwindje kracht 3 en een hele hoge barometerstand van 1027. Het enige wat de moeite van het vermelden waard is, is dat er heel even een ijsvogeltje op mijn rechter hengel gaat zitten. Ik kan niet bewegen om mijn fototoestel te pakken want ik zit er bovenop. Vijf tellen later is de blauwe flits weer verdwenen. Dat was in elk geval een happening die de hele dag de moeite waard maakt. Nu moet ik volgende week nog vis op de kant, want oktober ben ik nog geheel visloos.
In de slotminuten van mijn laatste oktobersessie lukt het dan tóch weer. Ik vis een nacht van 27 op 28 oktober op de viersprong van Wessem. Dat betekent een uur vissen extra want vannacht wordt de klok een uur teruggezet. Ik heb hier de afgelopen dagen 2 x 3 kilo boilies gevoerd. Tegelijkertijd heb ik nog een extra zekerheidje ingebouwd door ook bij de spoorbrug elke dag zo’n 50 boilies in het water te gooien. De nacht van Wessem gaat visloos voorbij. Na ruim 15 uur pak ik in, met weer een blank aan mijn broek. Een half uur later liggen 3 hengels onder en bij de spoorbrug. Na twintig minuten, net als er een trein passeert, krijg ik een run aan de stok die onder de brug aan de eigen kant ligt. Ik ben te laat en de vis lost bij de aanslag. Gelukkig krijg ik een half uur later een herkansing op dezelfde hengel. De vis probeert tussen de palen te komen, maar ik geef geen krimp en sta niet toe dat hij lijn neemt. Dan voel ik de vis kantelen en naar het midden van het kanaal zwemmen. De vis kent de omgeving hier goed, want ook aan de overzijde probeert hij de veiligheid van de palen op te zoeken. Ook hier weet ik het pleit in mijn voordeel te beslechten en zie ik voor het eerst een schim van een spiegel. Twee minuten later ligt hij in het net. Een mooi spiegeltje van exact 10 kilo mag even poseren en wordt dan snel weer teruggezet in haar habitat. Gelukkig met dit resultaat, vis ik nog een half uur door en ga daarna naar huis. Volgende week toch nog eens op de viersprong een kans wagen. Daar moet toch meer te vangen zijn.
Een week later vis ik de nacht van 2 november. Niet op de viersprong maar onder de eerste brug daar vandaan in Nederweert. Helaas blijf ik ook deze nacht visloos. Ik rijd naar de spoorbrug en ondervind een kopie van de sessie van vorige week. Ook deze keer krijg ik na 20 minuten enkele stoten op mijn rechter hengel en zet de beet niet door. Na 55 minuten is het wél raak. De middelste hengel geeft aan dat er wat loos is en na vijf minuten schuif ik het net onder weer een spiegel van een kilo of tien. Het blijkt een oude bekende. Gezwelletje, en hij is gegroeid ook. Sinds ik hem ving in december 2005 is hij ruim verdubbeld in gewicht. Hij woog ditmaal 10,4 kilo en met 75 centimeter bleek hij er 12 gegroeid. Minder mooi dan het visje van vorige week maar bijzonder welkom. Hij had overigens op zijn flank een oude wond en het gezwel op zijn kieuwdeksel was nog steeds aanwezig. Hij wordt er niet mooier op zullen we maar zeggen. Volgende week maar weer eens een dagsessie draaien op de Paalse plas. Maandag hoor ik het vonnis van het nachtvissen in april. Ik ben heel benieuwd.
Het vonnis valt toch nog tegen. De boete is met €220,- nog redelijk te noemen, maar de bijkomende fiscale bijdrage voor slachtofferhulp en de gerechtskosten bedragen samen nog eens €335,- en dat is toch een hoop geld samen. In totaal heb ik 630 euro niet hoeven betalen, maar daarop staat een voorwaardelijke straf van een jaar. Word ik binnen dat jaar gepakt betaal ik de volle mep aangevuld met de voorwaardelijke straf. Tegen die tijd zit de teller tegen de 2 ruggen en dat is wel heel veel geld. Netjes opletten dus. Vrijdag de negende vis ik een natte sessie op de lange kant van de Paalse plas samen met Brian. Ook de overige zes vissers hebben op het einde van de dag net zoveel geluk als wij. Geen vis en af en toe een winterse bui op ons dak. Na tien uur visloos naar huis, wat een sof.
Zondag vis ik nog twee uur op Wessem tegen de keien bij de Schoorbrug. Ook hier geen enkele vorm van actie. De vis lijkt volledig passief en dat beeld wordt de week erna alleen maar bevestigd. Ik vis van vrijdag de 16e op zaterdag de 17e een sessie van 15 uur op Lozen. Het kwik daalt ’s nachts tot min één en het is windstil. Dat ik niks vang is dan ook niet verwonderlijk. Robbie en Tom blanken eveneens. Ook de spoorbrug levert de ochtend erna geen enkele actie op. De vis is echt volledig passief. Hopelijk krijgen we weer eens een mooie depressie met hogere temperaturen en veel wind. Mogelijk dat daarmee de vis wat meer geactiveerd wordt. Dit is niks in elk geval.
Weer een week later is Marian naar cursus. Ik vis twee korte sessies op vrijdag en zaterdag die beiden op niets uitlopen. Zondag de 25e ga ik naar de Paalse plas en dat gaat geweldig. Om kwart over zes liggen mijn hengels erin op de kopstek. De rechtse bij de verre brug op 4 meter diepte. De linker op 80 meter uit de kant met een Fish-strawberry boilie van Herman. Een klein beetje deeg eromheen maakt het extra aantrekkelijk. Na exact drie uur (ik sta net te buurten bij Brian) hoor ik een hengel aflopen. Het is mijn linker hengel. Na wat getouwtrek kan Brian even later een spiegel scheppen die een heel eind naar de 30 pond gaat. Op twee ons na haalt hij het inderdaad nét niet. De foto’s zijn er niet minder om. Om vijf over half elf is het dezelfde stok die weer afloopt. Deze keer is de dader een schub uit dezelfde gewichtsklasse. Veertien en een halve kilo en 86 centimeter, mag even poseren. Ik kan mijn geluk haast niet op. Zo vang ik weken niks en zo ineens twee mooie vissen op 80 meter uit de kant. Meestal vissen we standaard aan de eigen kant of aan de overzijde in de buurt van de taluds, maar nu vis ik op een biljartlaken met slechts enkele boilies rond mijn haak. Omdat ik bijna door mijn boilies en deeg heen ben, voer ik nog maar twee boilies bij en gebruik ik dezelfde aasboilie met wat vers deeg eromheen. Ik ben benieuwd. Nauwelijks een half uur later gebeurt het alweer op dezelfde hengel. Enkele piepen gevolgd door een snaar strakke lijn en ditmaal een waker die nauwelijks laat zien dat er nog iets gebeurt. De top blijft echter wél bewegen en ik sla aan op alweer een karper. Ditmaal voelt het allemaal nog wat trager. Brian neemt voor de derde keer de honneurs waar met het net en we zien tot mijn blijdschap dat deze vis wel degelijk boven de grens van 15 kilo komt.
Met 89 centimeter en op een ons na 17 kilo is dit inderdaad de beste vangst van vandaag. Dolgelukkig rijd ik naar huis en beloof mezelf volgende week vrijdag terug te komen. Hopelijk met eenzelfde resultaat.
Vrijdag ga ik samen met Marian naar Roermond dus kan ik pas een dag later naar Beringen. Dat is niet erg want de weersvooruitzichten voor zaterdag zijn ronduit geweldig. De gewenste depressie is gearriveerd. Een harde zuidwester (kracht 5 of 6) en regen afgewisseld met opklaringen. Dat klopt ook allemaal. Ik rijd met regen thuis weg en kom even na vijf uur ’s ochtends met droog weer aan op de parking. Als ik op de stek ben aangekomen begint het weer zachtjes te miezeren. Eerst wordt dus de paraplu opgezet en daarna mogen de hengels erin. Om zes uur ligt alles op z’n plek en ga ik aan de koffie. Het duurt vandaag tot even na half twaalf
voordat ik een two-tone spiegel van 15 kilo kan landen. Met 92 centimeter vooral een lange vis. Ik heb dan al wel drie brasems gevangen, dus aan actie geen gebrek. Ruud heeft vannacht ook een goede sessie gedraaid op het kanaal met 8 runs. De eerste was zijn targetvis die losschoot vlak voor het net. Hij had de vis gezien in zijn koplamp en schatte hem tussen de 22 en 24 kilo. De overige zeven vissen ving hij wél. Op eentje na allemaal schubs en alles tussen de 11,5 en 15 kilo. Brian komt ’s middags, als ik nóg twee brasems heb bijgevangen, en zet mijn vis op de foto. Hij vaart vervolgens een stok uit die 20 minuten later al een beet registreert. Ik ben redelijk onder de indruk maar mag 30 seconden later ook zélf weer aan de bak als mijn linkerhengel opnieuw zijn liedje fluit. Mijn vis is eerder op de kant dan die van Brian. Een schub van 10,8 die na het wegen direct weer terug mag. Als ik naar rechts kijk zie ik ook Brian ook net zijn vis over het koordje van het landingsnet trekken. Hij kijkt me aan en zegt: ”Dat geloof je niet”. Ik meende het al gezien te hebben. Een dikke spiegel met een bekend schubbenpatroon. Het is inderdaad ‘de Bloem’ op 22,7 kilo en net zo lang als mijn spiegel. Had ik nu toch maar een hengel verder weg gevist. Nou ja, er zullen nog meer kansen komen. Ik heb in elk geval nu evenveel vissen als vorig jaar en ook heb ik elke maand vis op de kant gehad. Het gaat de laatste weken erg goed met vijf vissen (3 twintigers en 2 dertigers) in 20 uur. Volgende week nog maar eens proberen. Dan slaan we de verre stek in elk geval niet over.
Op vrijdag de zevende ben ik er weer. De omstandigheden zijn op z’n zachtst gezegd nogal wisselvallig. Het ene moment moet ik met twee handen mijn paraplu vasthouden en breken er door de stromachtige wind overal takken af. Een half uur later schijnt de zon volop en is er weinig wind meer te bekennen. De vis laat zich niet verleiden. Niet op het wijd en ook niet aan de overzijde waar Brian vorige week de Bloem ving. Na tien uur pak ik in en rijd via de friettent naar huis. Op vrijdag de veertiende vis ik weer eens een sessie vanaf de brugstek. Ik denk dat ik de vissen van hieruit even goed kan belagen en hoop op wat extra actie links van het witte bankje bij de kop. Ik kan met mijn rechter hengel op dezelfde plek vissen waar ik op de kop mijn dertigers ving. Ik vind daar zelfs een taludje dat van 6,7 naar 5,7 meter oploopt. Daar leg ik hem ook neer. De andere hengel gaat richting het kopje. Naast mij gaan twee mannen op de lange kant zitten. Ik loop er heen en maak een praatje. De kleinste van de twee, Patrick, heeft vorige week de gespleten staart gevangen op een nieuw topgewicht van 30,2 kg. Verder had hij nog een schub van 19,8 en een spiegel van 17,6 kilo. Wat een sessie en alles op hooguit 50 meter uit de kant. Ik loop terug en ga op mijn stretcher zitten en sla een deken over me heen. Zo lees ik wat in mijn boek totdat ik om exact 14.00 uur een aanbeet krijg op mijn taludhengel. De vis voelt zwaar en zwemt traag. Toch laat hij zich even later vrij makkelijk scheppen na onder de top nog wat rondjes gedraaid te hebben
Het is een lange schub van 94 centimeter die drie ons over de zestien kilo gaat. Weer een dertiger. Na enkele platen mag de vis weer zwemmen. De derde dertiger in drie sessies. Het kon veel slechter. Volgende week weer terug?
De vrijdag erna (de 21e) vis ik vanaf de parking. Het is té mistig en té koud om achterin het bos te gaan zitten. Ronny Geens komt naast me zitten en ook Dimitri en Davy zitten langs den autostrade. We blanken allemaal. Aan het einde van de middag is de zon weliswaar gaan schijnen, maar de kou is zo hevig dat om vier uur mijn lijnen vastgevroren zitten in het ijs. Omdat het ijs maar blijft aanwassen ga ik inpakken. Zelfs mijn net zit vastgevroren aan de steiger. Hopelijk kan ik nog één sessie vissen op de Paalse plas dit jaar. Het zou mooi zijn om in 2008 nog één grote te vangen.
Maandag de 24e vis ik drie keer 1 uur op evenzoveel verschillende stekken. Eerst bij de stadsbrug, daarna in de grote haven en tenslotte bij de spoorbrug. Op alle drie de stekken blijft het bij een blank. Dat is met een watertemperatuur van 2,5 graad ook niet verwonderlijk. Ruud vertelde dat de Zuidwillemsvaart in de richting van Someren zelfs was dichtgevroren gisteren. Nu dooit het licht. Hopelijk zet de dooi verder door en kan ik op de Paalse plas op zaterdag of zondag nog een sessie in het bos vissen. Hoe dan ook, ik mag niet ontevreden zijn.
Op vrijdag de 28e vis ik nog één keer op de Paalse plas dit jaar. Ik vis vanaf de kopstek. Het ijs is sinds de afgelopen nacht van het water verdwenen en dat belooft weinig goeds. Het is een mooie dag met veel zon en veel wind, maar de vissen laten zich niet verleiden tot een aanbeet. Natuurlijk vang ik even na half één de brasem van de week, maar daar blijft het dan ook bij. Toch mag ik vooral over de laatste sessies van dit jaar niet klagen. Met 3 dertigers in de laatste twee maanden heb ik het niet slecht gedaan. Hopelijk kan ik volgend jaar nog enkele vissen schaakmat zetten op dit water.
Op maandag de 31e ga ik aan de slag met een nieuw boilierecept. Volgens de Evert Aalten theorie zou dit een prima mix moeten zijn. Hij scoort zowel in voorjaar, najaar als in de winter een 9,7 en ook s’zomers doet hij het met een waardering van 8,1 niet slecht. Nu eens zien wat dat volgend jaar in de praktijk oplevert. ’s Avonds hangt er 34 kilo te drogen in de garage. Het is in elk geval een mooie bol die ook goed uithardt. Op naar 2008.
Maak jouw eigen website met JouwWeb