Seizoen 1995

Het is niet alles goud wat er blinkt...

Het jaar 1995 bleek geen makkelijk jaar te zijn. Enerzijds was dit te wijten aan een koud voorjaar, direct gevolgd door een hele warme zomer met temperaturen die de karper niet bepaald aanzetten tot maximale activiteiten en voedselopname. Ook kan een deel van mijn minder goede prestaties gerelateerd worden aan het niet naleven van mijn planning die ik voor dit jaar gemaakt had. Ik heb me namelijk dit jaar teveel laten verleiden tot het bevissen van moeilijke wateren, waarvan ik gehoord had dat er grote karper moest zitten. Ondanks de moeilijke perioden weet ik, door 2 hele goede maanden, voor het eerst boven het aantal van 100 gevangen karpers te komen. 

 

 

 

Op zondag 21 mei kom ik voor het eerst dit jaar weer eens aan de visvijver achter de Scheibenhof. Het is een prettig gevoel om de karpers die daar rondzwemmen weer eens te zien alhoewel de echte grote jongens onzichtbaar blijven. Ik weet de eerste avond op de valreep een karpertje te vangen maar echt groot is deze niet. De volgende dag is beter als ik achtereenvolgens een vis van 75 cm en 17 pond en een vis van 70 cm en 13 pond vang. Verder vang ik deze eerste week nog twee kleinere vissen. De tweede week begint met een nachtsessie samen met Rolf. De muggen die dit water bevolken zijn uitermate lastig zodat Rolf met een stinkende bewaarzak over zijn hoofd probeert te slapen en ik mezelf verschanst heb in mijn iglo tentje. We hebben dan beiden al een karper aan de korst gevangen. De nacht begint met een run om 01.00 uur en levert een mooie vis op van 72 cm en 18½ pond. Als om 03.00 uur wederom een beet volgt op dezelfde hengel, een zakker, en ik aansla , meen ik wel een vis te voelen maar er is geen beweging in te krijgen. Zou het zo'n sluwe vis zijn waar je wel eens over leest, zo eentje die gaat liggen mokken? Ik probeer van alles, lijn slap, tokkelen als op een basgitaar, trekken maar niets helpt. Uiteindelijk trek ik na een kwartier de zaak aan gort. Tegen de ochtend vang ik aan mais en pinda's wederom een vis. Daarna verkas ik naar de overzijde en weet daar nog drie vissen te vangen. Hieronder weet ik de laatste vis twee keer achter elkaar te vangen aan de korst. Ik sluit de week af met nog een keer vissen op woensdag met als resultaat 2 knollen aan de korst en een keer misslaan op een mooiere van rond de 12 pond. Eindresultaat 13 vissen op dit watertje waar ik verschrikkelijk graag mag vissen.

In juni vis ik samen met Kaj en Rolf een nacht tegenover de derde haven. Het resultaat bij Rolf en mijzelf is niet slecht maar Kaj wil niet luisteren naar mijn advies om zijn hair met partikels anders te bevestigen. Door mijn ervaring weet ik dat je veel losschieters krijgt met mais op de hair (zie ook seizoen 1992) hetgeen ook blijkt. Op vier runs heeft Kaj evenzoveel losschieters maar hij blijft trouw aan zijn montage. Mijn grootste vis hier is 80 cm en weegt wel 14 pond. Een echte torpedo en karakteristiek voor dit polderwater. Een vis uit een serie van 18 in drie weken.

In de zomer gaan we met het gezin op vakantie naar Frankrijk. De camping is gelegen aan een meer van ongeveer 90 hectare en heet Etang de la Mutche. De weken ervoor zijn erg warm geweest hetgeen van negatieve invloed is op de vis. In totaal worden er in de twee weken dat ik er ben elf karpers gevangen met een 28 ponder als zwaarste. Dat lijkt mooi maar met gemiddeld tien karpervissers per dag met elk drie hengels is dat een slecht resultaat. Toch zie ik daar foto's van karpers waarvan je nachtmerries kunt krijgen.

Ook kom ik die zomer een week bij Willem Zandstra terecht. Hoe een en ander tot stand kwam beschrijf ik in onderstaand verslag. Als Gert-Jan Wormmeester mij tijdens een beurs in het voorjaar vraagt of ik een weekje mee wil als begeleider tijdens een jeugdviskamp bij Willem Zandstra in augustus is mijn eerste reactie....Natuurlijk lijkt me leuk! Hij spreekt met me af dat hij tegen die tijd nog wel even belt. In eerste reactie dacht ik eigenlijk aan een, tijdens een biertje gemaakte, loze belofte. Daarom komt het telefoontje van Gert-Jan op vrijdag 4 augustus toch nog vrij onverwacht. Ik vertel hem dat ik er verschrikkelijk veel zin in heb maar dat ik even met mijn baas moet overleggen of het wel kan. Ik heb er namelijk net 4 weken vakantie op zitten en heb niet veel vrije dagen meer. Eens te meer blijkt hoe gemakkelijk het bij Defensie is om een paar dagen buitengewoon verlof te krijgen in het kader van jeugdeducatie. Dus, IK GA MEE!

Nadat we de detailafspraken met militaire precisie hebben geregeld vertrekken we zondag 13 augustus richting Fryslân. Met een opgepoetst ego rijd ik met GJ naar het noorden, ik zal de jeugd wel eens leren hoe ze op karper moeten vissen. Dat ego verdwijnt trouwens als sneeuw voor de zon als we het parkeerterrein bij Willem opdraaien want de eerste die ik daar zie is Herman Schuurmans uit Leeuwarden. Als ik dan even later ook nog Ron Grotenhuis tegenkom voel ik me een dwerg in het bijzijn van louter karperreuzen. Gelukkig zijn ze erg gezellig en blijken het ook normale mensen te zijn want ze lusten ook koffie en bier. Nadat de week is geopend door ome Willem worden we aan de jeugd voorgesteld. Een groep van 37 vissertjes tussen de 12 en 17 jaar. Een vrij rustige groep zoals later zal blijken. Nadat Willem de huisregels heeft verteld en we de lunch achter de kiezen hebben, wordt er voor de eerste keer gevist in de vaart achter de boerderij en in het kanaal. Ron en ik gaan samen met Gert-Jan de Brekken op met de rode platbodem waarbij GJ zich ontpopt als een echte schipper. Hij weet na 100 meter varen de week van een van de vissertjes al goed te verzieken door met de buitenboordmotor een lijn op te pikken en zo zijn hengeltje, als ware het de run van een mega karper, het vaartje in te jagen. Resultaat, lijnbreuk, hengel op de bodem in de prut en een kapot topoog zoals even later blijkt. Het had mij natuurlijk ook kunnen overkomen maar het spreekt boekdelen over GJ. In de kanjercompetitie staat die avond de grootste paling van de week reeds genoteerd. Op maandagochtend starten we de zaak op; inspecteren de kamers en jagen de jeugd naar het viswater waarbij wij rondlopen en hier en daar even stoppen voor een praatje en wat adviezen. In de avonduren wordt er weer gevist op paling om die vrijdag te kunnen roken. Zelfs met de aasvisjes die Ron en ik tussendoor hebben gevangen is het resultaat niet geweldig. Gert-Jan weet deze week zijn persoonlijk record op te krikken met een karper van 18½ pond. Ook een van de jongens vangt een leuke karper die avond en zal daarmee kanjerkoning worden aan het einde van de week. Halverwege de week wordt Ron ingeruild voor Mick en komt ook Johan de gelederen versterken. Ook Toon heeft af en toe wat geholpen ook al had hij eigenlijk vrijaf. De motivatie om te vissen wordt bij de jeugd af en toe wat minder dus geven we instructie in het maken van voerkorfjes, pennen en het uitloden hiervan, het knopen van onderlijntjes etc. etc.

Op donderdag gaan Mick en ik met een tiental karpervissertjes naar Akkrum om de daar aanwezige karpers het leven zuur te maken. Mick treed hierbij op als visgids en weet een van de jongens zo neer te zetten dat deze de enige karper die we in Akkrum aan de schubben komen weet te vangen. Helaas is ook deze vis niet al te groot. De jongens worden ‘s avonds ook wat luidruchtiger en vereisen wat extra aandacht. Die krijgen ze dus volop. Het lijken soms net dienstplichtigen. De vrijdag staat in het teken van de viswedstrijd op het kanaal en de behendigheidsspelen. Nadat we door loting hebben bepaald waar iedereen aan het kanaal komt te zitten en we de plaatsen hebben ingedeeld geeft GJ op het afgesproken tijdstip het startsignaal. Hengels worden haastig ingegooid en de vissertjes gaan daarna meer op in het bestuderen van wat de buurman vangt dan in hun eigen vistuig. Het blijven kinderen, toch? Vanwege de grote hitte aan het kanaal besluit de leiding om wat te gaan drinken en de prijzentafel voor 's avonds klaar te gaan zetten. Plotseling tegen een uur of half vijf worden we opgeschrikt door twee jongens die komen binnenrennen. Er heeft er een een slagschip van een karper aan die hij er niet uitkrijgt. Mick en ik kijken elkaar eens aan en denken aan een grap maar het kan natuurlijk ook echt zijn dus lopen we enigszins argwanend mee naar het kanaal. Ook nadat Mick nog eens gevraagd heeft of het echt waar is wordt hierop bevestigend geantwoord. Voor de zekerheid doe ik toch maar even mijn horloge af. Als we even later op het grasveld aan het kanaal komen zien we een enorme kromgetrokken karper stok die beurtelings van links naar rechts gaat.....SHIT, het is echt een karper steunt Mick. Ik hoor het al haast niet meer want ik heb het al op een draf gezet. Enkele meters voor het kanaal besef ik dat het toch een grap is. De vermeende karper blijkt namelijk een plastic fles gevuld met water, tegelijkertijd zie ik vanuit mijn ooghoeken 2, 3, 4 jongens met emmers uit het riet komen. De bedoeling is duidelijk. De eerste twee emmers ontwijk ik, de derde raakt me half en de 4e raakt me vol. Ook Mick die nog een jongetje met de dood bedreigt (Als je chooit maak ik jau daut) houdt het niet droog. Als we even later als twee verzopen katten de keuken binnensoppen zijn we het dankbare middelpunt van leedvermaak. Godzijdank komen GJ en Johan nadat ze de wedstrijd hebben afgeblazen ook zeiknat terug zodat we weer quitte staan. Na de barbecue volgt een demonstratie van Willem. Hij gooit met een pendellood aan een casting hengel een sigaret uit iemands mond. Later volgt de prijsuitreiking. GJ opent de prijsuitreiking namens Pyramid Bait & Tackle en vervolgens maken hij en ik de prijswinnaars bekend. Als even later ook de verloting heeft plaatsgevonden zijn alle vissertjes weer een aantal visspullen rijker. Vooral bucktail (Sander) die de pechprijs wint heeft enorm veel geluk met zijn prijzen maar daar heeft hij dan ook alles voor gedaan. Zijn bril kapot gemaakt door erop te gaan zitten, dezelfde dag zijn hengeltje al gemodificeerd door de top te breken zijn voerkorf weggegooid zonder de beugel van zijn molen open te zetten en nog wat kleine dingetjes. Wat z'n ogen zien vernielen z'n handen. Maar ook de hengel die hij won was geen lang leven beschoren. Een week later hoorde ik van Raven dat hij al in de winkel was gekomen met.....juist zijn kapotte pechprijs.
Al met al een slapeloze, bierrijke, eeuwig durende, vermoeiende maar ook zo leuke visweek.

Dit jaar is pas de 90e vis een twintiger het is de enige vis boven de tien kilo die ik dit jaar zal vangen.

Samen met Rolf vis ik een nacht aan de Flevocentrale op het IJsselmeer. De voorafgaande dag heb ik enkele kilo's partikels gevoerd en wil daarop vissen met Honey-Necta boilies van Kevin Maddocks. Dat lukt goed. Eerst vangt Rolf om 23.00 uur een schub van 13 pond waarna ik om 01.10 aan de beurt ben om een 11 kilovis te vangen. Als Rolf dan om 03.00 uur een 16 ponds schub pakt kunnen we terugkijken op een geslaagde nacht op niet het gemakkelijkste water van Nederland. Dit seizoen haal ik ruimschoots mijn aantal geplande vissen maar helaas blijft het aantal 20-ers op eentje steken.

Maak jouw eigen website met JouwWeb